dinsdag 6 januari 2009

Wie zou U loven in het dodenrijk?

Psalm 6:5
"O HERE, straf mij niet in uw toorn, en kastijd mij niet in uw grimmigheid. Wees mij genadig, HERE, want ik kwijn weg; genees mij, HERE, want mijn gebeente is verschrikt. Ja, mijn ziel is ten zeerste verschrikt, en Gij, HERE, hoelang nog? Keer weder, HERE, red mijn ziel, verlos mij om uwer goedertierenheid wil. Want in de dood is Uwer geen gedachtenis; wie zou U loven in het dodenrijk?"

Een psalm vol wanhoop, wanneer komt er een einde aan mijn lijden? David zag zijn lijden in het licht van de toorn van God over zijn zonden. Hij deed een beroep op Gods genade en goedertierenheid. In dit alles zie ik de Here Jezus lijden en roepen om genade: ‘Vader, indien het mogelijk is, neem deze drinkbeker van mij weg.’ Voor Jezus werd de beker niet weggenomen, Hij onderging de toorn van God over de zonde tot het einde toe. Wat een genade dat wij mogen weten dat de toorn van God niet meer op ons wordt gelegd, dat wij niet hoeven te lijden omdat God ons straft om onze daden. Nee, nu is het blijde nieuws: God heeft verlost, God heeft gered. Zelfs de dood is krachteloos gemaakt. ‘Wie in mij gelooft zal leven en in eeuwigheid niet sterven’, zei de Heer. Wie zou U loven in het dodenrijk? Een is er geweest en zoals Jona vanuit de buik van de vis God loofde, heeft de Here Jezus Gods eer verkondigd vanuit het dodenrijk. Als overwinnaar heeft hij die plek voor eeuwig verlaten. Hij heeft de sleutels van de dood en het dodenrijk meegenomen. Het is een plek waar Hij namens de zijnen is geweest, opdat zij er nooit zouden hoeven te komen. God is onze helper, onze redder, onze geneesheer. Wij loven Hem nu en tot in eeuwigheid. Nu jaagt de dood geen angst meer aan, want alles, alles is voldaan.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten