zaterdag 7 maart 2009

Geprezen zij God, die mijn gebed niet afwees, noch mij zijn goedertierenheid onthield.

Psalm 66:20
"Komt, hoort, en ik wil vertellen, gij allen die God vreest, wat Hij gedaan heeft aan mijn ziel. Nauwelijks had ik met mijn mond tot Hem geroepen, of er was een lofzang onder mijn tong. Had ik onrecht beoogd in mijn hart, dan zou de Here niet hebben gehoord. Voorwaar, God heeft gehoord, Hij heeft gelet op mijn luid gebed. Geprezen zij God, die mijn gebed niet afwees, noch mij zijn goedertierenheid onthield."

Welk gebed heeft God niet afgewezen? Het was een luid gebed, waarop Hij reageerde met goedertierenheid. Zulke gebeden zijn er veel geweest en telkens opnieuw reageert God met ontferming en goedertierenheid. Hij is een Vader die zijn kinderen hoort. Hij geeft geen steen als ze vragen om brood. Meer dan een aardse Vader is God bewogen met en betrokken bij zijn kinderen. David kende God zo, maar de Here Jezus maakte Hem zo bekend. ‘Wie mij gezien heeft, heeft de Vader gezien, Ik en de Vader zijn een’, sprak Hij. Ook de Heer is gered uit zijn angsten en luide smekingen. Ook Hij kent Gods Vaderlijke liefde en ontferming. Hoe meer en hoe vaker iemand Gods genade ontmoet, hoemeer en hoe vaker hij of zij zal willen vertellen van wat God gedaan heeft. God is een goede God, vertel het aan wie het horen wil.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten