donderdag 19 maart 2009

Hij bracht hen naar zijn heilig gebied, de berg die zijn rechterhand had verworven;

Psalm 78:54
"Hij liet zijn volk als schapen optrekken, leidde hen als een kudde door de woestijn.
Hij voerde hen veilig, zodat zij niet vreesden, want de zee had hun vijanden overdekt.
Hij bracht hen naar zijn heilig gebied, de berg die zijn rechterhand had verworven;"

In deze psalm vertelt Asaf de heilsgeschiedenis van Israël. Schrijnend steekt de ongehoorzame houding van ongeloof af tegen de liefde en ontferming van God. Midden in deze psalm over Gods grootheid, die tegelijk ook een aanklacht is tegen Israëls ongeloof, staat in drie zinnen de kern van het evangelie: Hij bracht hen naar zijn heilig gebied, de berg die zijn rechterhand had verworven; Zo zijn wij ook naar Gods heilig gebied gebracht, het koninkrijk van Gods liefde. Zijn Rechterhand – Christus – heeft het voor ons verworven. Uit genade zijn we behouden door geloof. De Hebreeënschrijver roept ons op om niet het ongehoorzame voorbeeld van ongeloof na te volgen, maar de gehoorzaamheid van Christus. Hij is onze Leidsman.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten