maandag 20 april 2009

De HERE strekt van Sion uw machtige scepter uit: heers te midden van uw vijanden.

Psalm 110:2
"Van David. Een psalm. Aldus luidt het woord des HEREN tot mijn Here: Zet u aan mijn rechterhand, totdat Ik uw vijanden gelegd heb als een voetbank voor uw voeten. De HERE strekt van Sion uw machtige scepter uit: heers te midden van uw vijanden."

Deze regels worden in het nieuwe testament aangehaald door Jezus als Hij in gesprek is met de Farizeeën. ‘Over wie heeft David het hier?’, vraagt Hij. Het gaat over de Zoon van David, die hier HERE wordt genoemd. Het gaat over Jezus zelf. Hij is de HERE en tegelijk ‘Davids Zoon’. God had David beloofd dat er altijd een zoon van hem op de troon zou zitten in eeuwigheid. Dit eeuwige koningschap is het koningschap van de Here Jezus. Hij is uit het geslacht van David, maar Hij is ook de Zoon van God. Het aardse koningschap van David eindigt met het eeuwige koningschap van de Here Jezus. De aarde en de hemel zullen onder een bestuur komen. Paulus schrijft erover als hij zegt dat God bezig is alles onder een Hoofd samen te vatten. Als uiteindelijk hemel en aarde weer onder Gods gezag staan, dan zal er geen vijand meer over zijn. Satan is verslagen en ontwapend en dat zal doorwerken tot er onder het gezag van Koning Jezus weer totale vrede en rust zal zijn in de hemel en op aarde. Gods koningschap zal zo voor eeuwig hersteld en gevestigd worden.