donderdag 6 augustus 2009

Maar ik, ik roep tot God, de HERE zal mij verlossen.

Psalm 55:16
“Maar gij zijt het, een mens; mijns gelijke, mijn vriend en vertrouwde: wij, die samen vertrouwelijke omgang genoten, die in het feestgewoel gingen naar Gods huis. De dood overvalle hen, laten zij levend in het dodenrijk neerdalen; want boosheid is in hun woning, in hun binnenste. Maar ik, ik roep tot God, de HERE zal mij verlossen.”

Als je beste vriend je in de steek laat, of als een geliefde zich tegen je keert, is je eerste gevoel om boos te worden en iets lelijks terug te doen. Dat is een reactie van je vlees. Je wilt jezelf rechtvaardigen en wraak nemen. Zonder dat je het merkt, maak je het daardoor nog zwaarder voor jezelf. David zegt: ‘Maar ik, ik roep tot God, de HERE zal mij verlossen.’ Hij geeft zich over aan God. ‘Laat die ander dan maar voor de dood kiezen, ik kies voor het leven’, lijkt hij daarmee te zeggen. Vergeef je vijanden en keer je tot God, dan zul je net als de Here Jezus vanaf het kruis vergeving kunnen uitspreken en vrede vinden in je hemelse Vader.