donderdag 17 september 2009

Efraims zonen, weltoegeruste boogschutters, keerden om ten dage van de strijd.

Psalm 78:9
“Efraims zonen, weltoegeruste boogschutters, keerden om ten dage van de strijd. Zij onderhielden Gods verbond niet, zij weigerden in zijn wet te wandelen en vergaten zijn werken en zijn wonderen, die Hij hun had doen zien.”

Als weltoegeruste boogschutters de strijd ontvluchten en zich omdraaien, is er iets aan de hand. Het staat er ook achter: ze onderhielden Gods verbond niet. Daar ligt de reden voor hun angst. Als je Gods verbond niet kent, word je teruggeworpen op jezelf. Dan kan de angst voor je tegenstander je verlammen en doen vluchten. Ons verbond is geen wetsverbond, geen voor wat hoort wat verbond, maar een genadeverbond. De vijand is al verslagen, we hebben in Christus de overwinning al. Wij zijn dan ook niet toegerust om te schieten en te vechten, maar om als overwinnaars alle brandende pijlen met ons schild van geloof te doven. Wij hoeven slechts stand te houden in wat ons door Jezus is geschonken. Angst is geloof in de kracht van de tegenstander. Heb geloof in God, je vijand is verslagen. Hij is machteloos en ontwapend.