zondag 11 oktober 2009

Al vallen er duizend aan uw zijde, en tienduizend aan uw rechterhand, tot u zal het niet genaken;

Psalm 91:7
“Gij hebt niet te vrezen voor de verschrikking van de nacht, voor de pijl, die des daags vliegt; voor de pest, die in het duister rondwaart, voor het verderf, dat op de middag vernielt. Al vallen er duizend aan uw zijde, en tienduizend aan uw rechterhand, tot u zal het niet genaken; slechts zult gij het met uw ogen aanschouwen, en de vergelding aan de goddelozen zien.”

Er komt een tijd, dan zullen Gods oordelen over de aarde gaan, wegens de goddeloosheid en hardnekkigheid der ongelovigen. Je ziet er al voorbeelden van in het oude en nieuwe testament. Denk aan de zondvloed in de tijd van Noach, Sodom en Gomorra, de plagen in Egypte, de oordelen tijdens de woestijnreis, enz. Het oordeel stopte steeds bij een bepaalde grens. Die grens had God gesteld. Tot zover en niet verder. Als de Israƫlieten in Egypte bloed aanbrachten aan hun deuren, zoals God gezegd had, waren ze veilig, wie ze ook waren. De plagen in de woestijn stopten daar waar verzoening werd gebracht. Bij de vuurpan met heilig vuur, bij de staf van Mozes met de koperen slang. Het oordeel was niet voor iedereen. Wie geloofde in wat God zei en er naar handelde, werd gespaard. Zo is het nog. Jezus stopt het oordeel voor wie gelooft. Hij is het markeerpunt. Achter Hem ben je veilig. De poorten van de hel zullen je niet overweldigen. Ook de oordelen die nog zullen komen, zullen de gelovigen niet treffen. Wat ons wel treffen zal, zijn de vervolgingen wegens ons geloof. Dat zijn geen straffen, maar dat is de prijs die we betalen om getuigen van Christus te zijn. Het is genade, wanneer je moet lijden vanwege de gerechtigheid. Je loon zal groot zijn in de hemel. Maar oordelen van God over de zonde, zijn door het kruis voor goed gestopt voor allen die in Hem geloven. Zij zijn voor eeuwig gerechtvaardigd en geheiligd.