zaterdag 12 december 2009

Zelfs rijst mijn gebed nog onder hun boze handelingen;

Psalm 141:5 (2)
"Slaat een rechtvaardige mij, het is liefde, kastijdt hij mij, het is olie voor mijn hoofd, die mijn hoofd niet zal weigeren. Zelfs rijst mijn gebed nog onder hun boze handelingen;"

De Here Jezus heeft zijn hoofd niet geweigerd. De doornenkroon heeft Hij gedragen, de spot en de hoon. Mensen sloegen Hem op zijn hoofd, trokken de haren uit zijn baard. Zijn ogen zagen de spot en zijn oren hoorden alle woorden die werden gezegd. ‘Anderen heeft Hij gered, laat Hij nu zichzelf redden.’ En temidden van al deze boosheid en haat, temidden van al deze boze handelingen, rijst zijn gebed omhoog. Niet voor zichzelf, maar voor degenen die Hem dit aandoen. Hij bidt voor zijn haters. ‘Vader vergeef het hun, ze weten niet wat ze doen.’ We weten al deze dingen met ons verstand, maar als je probeert je de situatie voor te stellen, dan is het niet anders dan een bovennatuurlijke openbaring van liefde. Jezus toonde zijn liefde aan het kruis. Jezus toonde de liefde van de Vader aan het kruis. Bovennatuurlijke, onvoorwaardelijke liefde voor zondaren, haters en spotters. Hoeveel te meer zal God nu vandaag zijn liefde willen betonen aan zijn kinderen?