vrijdag 30 april 2010

Zwelgen in de wijn van het geweld

Spreuken 4:17 
“Ze doen zich te goed aan het brood van goddeloosheid, zwelgen in de wijn van het geweld.”

Het gaat nog steeds over de goddelozen hier. Brood en wijn zijn de symbolen van het lijden en sterven van Christus. Hij gaf zijn leven voor het onze. Gods tegenstander maakt er een karikatuur van door het brood te verbinden met goddeloosheid en de wijn met geweld. Maar er is een uitweg uit deze goddeloosheid, het is de genadeweg van God. In Christus biedt hij elke zondaar verzoening en verlossing aan, om daarna een nieuwe Geest in je binnenste te geven, die je denken vernieuwt en het leven openbaart.

donderdag 29 april 2010

Ze gaan niet slapen voor ze kwaad hebben gedaan

Spreuken 4:16 
“Ze gaan niet slapen voor ze kwaad hebben gedaan; wanneer ze anderen niet ten val brengen, worden ze van hun rust beroofd.”

Als het kwaad zo diep in de mens zit, dat hij pas rust vindt wanneer hij een ander ten val heeft gebracht, dan is er sprake van bezetenheid. Goddeloosheid vreet zich steeds dieper vast in het gedachteleven van een mens. Tenslotte noemt hij duisternis licht en het kwade goed. God weet als geen ander hoe verderfelijk het kwaad is, maar ook hoe heilzaam de waarheid is. De waarheid van Gods genade en liefde bevrijd je van liefdeloosheid en haat. God legt ons geen juk op door zijn geboden, maar Hij werpt ons een reddingsboei toe. De waarheid [kennen en volgen] maakt je vrij.

woensdag 28 april 2010

Mijd hun weg

Spreuken 4:15 
“Mijd hun weg, betreed hem niet, ga eraan voorbij, loop door.”

Viermaal herhaald wordt hier de goede raad van God: sla niet de weg in van de goddelozen. Nogmaals, er is een verschil tussen wie iemand is en hoe hij of zij zich gedraagt. God houdt van alle mensen, maar niet van elk gedrag. Mensen moeten we liefhebben, maar goddeloos gedrag haten. Dat kan heel goed, het onderscheid maken tussen de zondaar en zijn gedrag. God heeft zondaars lief, maar Hij haat de zonde. Laten we niet met het badwater ook het kind weggooien. Je kunt heel goed houden van iemand die God niet kent en daarom goddeloos handelt. Maar dat wil niet zeggen, dat je alles goedvindt wat zo iemand doet. In zulke situaties kan het heilzaam zijn om te bedenken wie je zelf was, voor je Gods liefde leerde kennen.

dinsdag 27 april 2010

Ga niet het pad van goddelozen

Spreuken 4:14 
“Ga niet het pad van goddelozen, bewandel niet de weg van wie boosaardig zijn.”

Hier staat niet dat je niet met goddelozen mag wandelen of met mensen omgaan die boosaardig zijn, want dan zou een hele groep onbereikbaar worden voor het evangelie. Nee, er staat dat je hun weg niet moet gaan, dus niet leven zoals zij, zonder God. De Here Jezus ging om met zondaren en hoeren en tollenaars, ook niet het soort mensen dat je als vrienden zou uitkiezen, maar Hij deed het uit liefde voor de verlorenen. Hij kwam om te redden, niet om te veroordelen. Wanneer je oog op God blijft gericht, ook als je omgaat met goddelozen, dan ontvang je wijsheid en weet je wat je moet doen of laten.

maandag 26 april 2010

Het is je leven

Spreuken 4:13 
“Laat mijn onderricht niet los, houd het vast, vergeet het nooit, het is je leven.”

Niet loslaten, vasthouden, niet vergeten, het zijn krachtige aansporingen die we hier krijgen te lezen. Maar het gaat dan ook ergens over, het is je leven. Paulus schrijft aan de Colossenzen dat Jezus je leven is, trouwens dat zegt Hij ook zelf: ‘Ik ben het leven.’ Dan begrijp je waarom je niet moet loslaten. Als je het woord loslaat, laat je Jezus los. Als je het pad des levens verlaat, kom je in de duisternis. Maar er is een geweldige troost: wanneer wij ontrouw zijn, blijft Hij trouw. Toch zou ik dat niet uitproberen, want er ligt een zegen in het luisteren naar Gods woord. Niet als je dat woord als een wet hanteert, maar wel als je ernaar luistert, omdat je het woord liefhebt.

zondag 25 april 2010

Je zult onbelemmerd voortgaan

Spreuken 4:12 
“Je zult onbelemmerd voortgaan, nergens zul je struikelen, al ga je nog zo snel.”

Wat moet je hier nu nog aan toevoegen? Kan het nog duidelijker worden gesteld? De weg van de wijsheid zegent je leven, het is de weg van genade. Onverdiende gunst verleent God ons, omdat we luisteren naar het evangelie en door geloof de genade aannemen die ons rechtvaardig heeft verklaard. Onbelemmerde toegang tot alle hemelse zegeningen. Leven en overvloed vanuit het hart van God. Het beste en het kostbaarste is ons geschonken, niet vanwege onze rechtschapen wandel, niet door ons goede gedrag, maar omdat we de raad van God hebben aangenomen. Omdat we gehoor hebben gegeven aan het evangelie dat ons uit genade rechtvaardigt en ons de rechtvaardigheid van Christus heeft geschonken. Omdat er een volmaakt vlekkeloos Lam is geslacht, dat al onze zonden op zich nam en voor eeuwig heeft weggedaan wat tegen ons getuigde. Onbelemmerd voortgaan en nergens struikelen, al ga je nog zo snel, wat een prachtig geschenk.

zaterdag 24 april 2010

De weg van de wijsheid

Spreuken 4:11 
“Ik heb je de weg van de wijsheid gewezen, op rechte paden heb ik je gevoerd.”

Wat een genoegen is het voor God als zijn kinderen naar Hem luisteren en verder gaan op de rechte paden. Want Hij weet dat ze dan gezegend zullen worden. De Here Jezus is Gods wijsheid, maar ook Gods weg. We zijn er uit genade op geplaatst door het geloof en mogen nu de zegen verwachten van het volbrachte werk van Christus. Ik moet denken aan mijn moeder, die me als kind in de bus zette en zei: ‘Aan het einde zal je tante je eruit halen.’ Zit je dan vol vrees in de bus of geniet je van de rit? Dat hangt af van het vertrouwen dat je hebt in je moeder. God heeft ons op de juiste weg geplaatst. Hij moedigt ons aan om deze weg niet te verlaten. De zegen zal er zijn. Wees niet bevreesd, maar geloof alleen en geniet.

vrijdag 23 april 2010

Ze vermeerderen de jaren van je leven

Spreuken 4:10 
“Mijn zoon, luister, neem mijn woorden aan, ze vermeerderen de jaren van je leven.”

‘Eer uw vader en uw moeder’, opdat u lang zult leven, zegt de wet van Mozes. Deze belofte wordt door Paulus in het nieuwe testament herhaald. ‘Opdat het u wel ga en gij lang leeft op aarde.’ Het is duidelijk, dat deze vader het beste voor heeft met zijn kind. Van nature zijn we niet zo luisterachtig. We zoeken het liever zelf uit dan een ander om raad te vragen. Het spreekwoord zegt: door schade en schande wordt men wijs, maar dat is echt onzin. Door schade en schande verlies je heel veel, dat is helemaal niet wijs. God maakt je wijs en voorspoedig en verlengt je leven. Dat is waar de wereld naar zoekt en God wil het iedereen gewoon geven. 

donderdag 22 april 2010

Een luisterrijke kroon

Spreuken 4:9 
“Ze legt een sierlijke krans om je hoofd, schenkt je een luisterrijke kroon.”

Een krans en een kroon zijn overwinnaarstekens. Ze behoren toe aan de absolute nummer één. Er staat ook bij hoe die krans en die kroon zullen zijn: sierlijk en luisterrijk. Dat is bijzonder mooi en eervol. Zie je wat Gods plannen zijn met ons leven? Dat wil hij dat we zullen zijn, overwinnaars over het kwaad. Mensen die weten hoe ze stand moeten houden tegen verleidingen en zonde. Maar ook tegen beschuldiging en veroordeling. De wijsheid van God – Jezus – beschermt ons. Hij heeft het oordeel over onze zonden weggenomen. Hij heeft ons verzoend met de Vader. Hij heeft ons een nieuwe Geest gegeven in ons binnenste. Door Hem zijn we kostbaar in Gods ogen, sierlijk en luisterrijk. Wij zijn de kroon van Jezus overwinning.

woensdag 21 april 2010

Ze strekt je tot eer wanneer je haar omhelst

Spreuken 4:8 
“Acht de wijsheid hoog, dan geeft ze je aanzien, ze strekt je tot eer wanneer je haar omhelst.”

Hoogachten en eren doe je iemand die kostbaar en waardevol is. In het gezelschap van zo iemand krijg je zelf ook aanzien. Je deelt mee in de eer en de roem. Gods woord geeft ons eer en aanzien als we ernaar luisteren en ernaar handelen. Gods woord stelt nooit teleur als je erop vertrouwt. De Bijbel stelt ons hier voor Gods woord te omhelzen, er innig mee verstrengeld te zijn. Dat zal je tot eer strekken, omdat je veel minder dwaasheden zult begaan. Gods woord maakt vrij en maakt je eervol. Je krijgt koninklijke luister door Gods Koninklijke inzicht te volgen.

dinsdag 20 april 2010

Het begin van wijsheid

Spreuken 4:7 
“Het begin van wijsheid is dat je wijsheid zoekt, aan alles wat je hebt verworven, inzicht toevoegt.”

Wijsheid en inzicht zijn onmisbaar voor ons leven. Onze Vader is er heel gul mee. Hij geeft ons Zijn wijsheid in de persoon van Jezus. Zijn onderwijs en leven zijn een aaneenschakeling van wijsheid en inzicht. Hij gaat niet af op wat Hij ziet, maar zoekt Zijn Vader voor Hij iets doet. We hebben Gods woord en Geest als bronnen van wijsheid en dan nog de belofte dat we altijd om meer wijsheid kunnen vragen, als we wijsheid tekort komen. Zonder verwijt zullen we alles krijgen wat we nodig hebben. Wijsheid zoeken aan het begin van een situatie, of wijsheid toevoegen aan het einde, het kan allemaal. Het is wijs om gebruik te maken van Gods wijsheid en inzicht. Maar doen we het ook? 

maandag 19 april 2010

Verlaat de wijsheid niet

Spreuken 4:6 
“Verlaat de wijsheid niet, dan beschermt ze je, heb haar lief, dan behoedt ze je.”

‘Blijf onder je paraplu, dan word je niet nat.’ Zo zou je deze herhaalde belofte wat begrijpelijker kunnen maken. De boze zoekt wie hij kan verslinden, maar de wijsheid van God [Jezus] beschermt ons. De Here Jezus gebruikte de kracht van Gods woord tegen de duivel. Hij doorstond de beproevingen en kwam in de kracht van de Heilige Geest terug uit de woestijn. Gods woord beschermt en geeft kracht.

zondag 18 april 2010

Streef naar wijsheid

Spreuken 4:5 
“Streef naar wijsheid, zoek naar kennis, wijk niet af van wat ik zeg, vergeet het niet.”

Focus is het woord. Focus al je aandacht op het kennen van God. Wie is Hij, wat leert Hij me, hoe kan ik toepassen wat Hij zegt? Streef, zoek, wijk niet af, vergeet niet, het zijn woorden die aangeven hoe belangrijk het is om op je hemelse Vader gefocust te zijn. De Here Jezus is de bron van wijsheid en kennis. Hij is jouw gerechtigheid. Hij heeft je geheiligd. Je hoeft jezelf niet langer te rechtvaardigen of te verdedigen tegenover God of mensen. Leer Hem te kennen met al zijn liefde en genade. Als dat je bron is, zul je rijk gezegend leven.

zaterdag 17 april 2010

Dan gaat het je goed

Spreuken 4:4 
“Mijn vader leerde mij: ‘Laat je hart mijn woorden bewaren, handel naar mijn richtlijnen, dan gaat het je goed.”

God wil dat het ons goed gaat, daarom geeft Hij ons zijn woorden. Wat is het toch vreemd, dat we een dokter op zijn woord geloven, maar aan Gods woorden twijfelen. Hier staat het gewoon: handel naar mijn richtlijnen, dan gaat het je goed. Kan het eenvoudiger? Zijn Gods woorden in je hart, of luister je liever naar een ander? Het is bepalend voor je welzijn. 

vrijdag 16 april 2010

Mijn vaders beminde zoon, mijn moeders lieveling

Spreuken 4:3 
“Ik was mijn vaders beminde zoon, mijn moeders lieveling.”

Wat is dat prachtig, als je dat zeggen kan. Je zo geliefd weten door je vader en je moeder. Bemind en geliefd, wie wil dat niet zijn? De waarheid is, dat we dat bij God zijn. Hij is onze Vader en wij zijn Zijn geliefde kinderen, we zijn Zijn beminden. Die liefde wordt uitgedrukt door wat Jezus voor ons deed aan het kruis. Hij drukte daar zijn liefde voor ons uit. Niet omdat we perfecte kinderen zijn, maar geliefde kinderen. Gods liefde hangt niet af van ons gedrag. De belangrijkste les die we kunnen doorgeven aan onze eigen kinderen is, dat liefde niet verdiend kan worden, of betaald met gedrag. Juist als we fouten maken, helpt het om te weten dat we Gods geliefde kinderen zijn. Dat verandert nooit. Wat een genade. Naar zo’n Vader of Moeder wil je wel luisteren lijkt me. Alles wat Hij zegt, komt voort uit liefde en wordt omringd door liefde.

donderdag 15 april 2010

Wat ik je leer is waardevol

Spreuken 4:2 
“Wat ik je leer is waardevol, sla dus mijn onderricht niet in de wind.”

Het belangrijkste woord in deze tekst is het woord ‘waardevol’. Dat is de reden waarom de zoon moet luisteren en het onderwijs ter harte nemen. Er wordt waarde toegevoegd aan zijn leven. Maar die waarde wordt pas zichtbaar en merkbaar, wanneer de zoon doet en handelt naar wat de vader hem leert. De Here Jezus zegt hetzelfde als Hij vertelt over het fundament onder je huis. Je zult de stormen doorstaan wanneer je het woord van God toepast in je leven. God is betrouwbaar en dus ook zijn woord. Wat God ons geeft is waardevol en kostbaar. Jezus leefde volkomen vanuit Gods woord. Hij is de wijsheid van God en God heeft de Geest van Christus in ons binnenste gegeven. Laat dat leven zien, door te doen wat Hij je leert. Sla zijn lessen niet in de wind, dat is net zo dom als je portemonnee op straat omkeren.

woensdag 14 april 2010

Luister naar de lessen van je vader

Spreuken 4:1
“Zonen, luister naar de lessen van je vader, wees vol aandacht en kom tot begrip.”

Aardse vaders kunnen hun zonen veel goeds leren, maar het zal nooit volmaakt zijn. Veel zonen [en dochters] willen het anders doen dan hun vader [of moeder]. De meesten daarvan denken dat ze het beter zullen doen dan hun vader of moeder. Helaas, ook zij zullen falen en tekort schieten. Daarom is deze wijsheid vanuit Gods woord zo belangrijk. Het overstijgt de tijd, is van alle eeuwen. Gods wijsheid is altijd wijs, maar dan moet je met aandacht luisteren. Dat betekent dat je erover nadenkt en overweegt hoe je die wijsheid kunt toepassen in je leven. Je krijgt begrip en inzicht, je doorgrondt en gaat kijken zoals je vader kijkt. Maak gebruik van Gods wijsheid, het perfecte voorbeeld is Jezus. Hij deed niets uit zichzelf, maar keek en luisterde eerst naar zijn Vader. 

dinsdag 13 april 2010

Wijzen verwerven eer

Spreuken 3:35
“Wijzen verwerven eer, dwazen torsen schande.”

Hoe waar is deze uitspraak. Niemand is trots op zijn dwaasheid. Velen gaan gebukt onder schaamte, omdat ze in dwaasheid hebben gehandeld. Het woord torsen duidt op een zware last die wordt meegedragen. Schande en schade maken je wijs, wordt er beweerd, maar het is totale onzin. Door schade en schande wordt je dwaasheid bevestigd, maar door wijsheid had de schande voorkomen kunnen worden. God wil ons zegenen met wijsheid zodat we onszelf niet te schande maken. God zelf wil onze wijsheid zijn en het wijste wat we kunnen doen, is luisteren naar de wijze raadgevingen die God ons geeft in zijn woord. Wie in wijsheid tekort schiet mag erom vragen en ze zal hem gegeven worden, zonder verwijt. Wie luistert naar Gods woord is wijs en eert God, de bron van alle wijsheid.

maandag 12 april 2010

Verschoppelingen schenkt hij zijn gunst

Spreuken 3:34b
“.. maar verschoppelingen schenkt hij zijn gunst.”

Als mensen je aan de kant zetten, doet God het tegenovergestelde. Hij zoekt je op en richt je op. God is een ontfermer. Hoogmoed en trots zorgen ervoor dat Gods liefde niet ontvangen kan worden. Niet omdat God het niet geven wil, maar omdat trotse en hoogmoedige mensen op zichzelf gericht zijn en niet op God. Het is net als bij een radio, de zender zendt wel, maar je moet afgestemd zijn om te ontvangen. Verschoppelingen stemmen eerder en makkelijker af op God, omdat ze niets hebben om trost op te zijn. God schenkt uit genade wat we zelf niet hebben, vrede, vreugde, veiligheid, liefde, kortom, alles wat een mens gelukkig maakt. Zoek het steeds bij Hem. Hij geeft graag en overvloedig.

zondag 11 april 2010

Met spotters drijft hij de spot

Spreuken 3:34a 
“Met spotters drijft hij de spot, ..”

Mensen die afgoden dienen, spotten met God. Elke vorm van afgoderij is een ontkenning van God. In het verhaal van Elia met de Baälpriesters op de berg Karmel kun je zien hoe Elia de spot drijft met deze afgodendienaars. God heeft geen enkel respect voor mensen die afgoden dienen. Ze zijn bewust een dwaalweg ingeslagen, want iedereen kan God kennen uit de natuur. Niemand heeft een verweer als het gaat om het weten dat God bestaat. Nee, God heeft geen respect voor afgoderij en spotternij, maar Hij heeft wel liefde voor hen die deze dwaalweg bewandelen. Hij wil dat ook zij niet verloren gaan, maar gered worden en eeuwig leven hebben. Daarom moet onze houding naar spotters tweeledig zijn: we keren ons af van hun gespot, maar we proberen hen te winnen door een houding van liefde.

zaterdag 10 april 2010

De woning van rechtvaardigen zegent Hij

Spreuken 3:33b
“.. maar de woning van rechtvaardigen zegent hij.”

De zegen van Christus noemt Hij zelf: leven en overvloed. Zoals Abram rijk was in zijn dagen en ondanks zijn fouten overvloedig werd gezegend op grond van zijn geloof, zo is het ook met ons. De zegen van God is al Zijn volheid en wij hebben die volheid gekregen in Christus. Al Gods bronnen staan ons ter beschikking, zodat we niet alleen zelf rijk zijn voorzien van alles wat nodig is, maar we het ook met vreugde met anderen kunnen delen. We zijn door God tot bronnen gemaakt voor anderen. Wanneer je Gods overvloedige leven leert kennen door geloof, wordt het een genoegen om ervan uit te delen. Gods zegen maakt je niet hebzuchtig, maar juist genadig. Je wordt zelf een gever, net als Hij.

vrijdag 9 april 2010

De HEER vervloekt het huis van goddelozen

Spreuken 3:33a 
“De HEER vervloekt het huis van goddelozen, ..”

De zegen van Gods genade wordt geschonken door geloof in het volbrachte werk van Jezus. Het enige wat nu nog telt voor God is dat we geloof hechten aan Zijn woord. Wie door ongeloof de genade van God afwijst, blijft onder de vloek van de zonde leven en staat Gods oordeel te wachten. Niet ons gedrag, maar ons geloof is bepalend of we leven onder Gods zegen of niet. Door het geloof zijn we in Christus geplaatst en in Hem zijn we rechtvaardig en heilig geworden en worden we gezegend. Het is door genade [Gods kant] en geloof [onze kant] dat we de erfenis van Christus ontvangen.

donderdag 8 april 2010

Wie rechtschapen is, geeft hij zijn vertrouwen

Spreuken 3:32 
“..want de HEER verafschuwt wie dat dwaalspoor gaat, maar wie rechtschapen is, geeft hij zijn vertrouwen.”

Geweld gebruiken is een dwaalspoor dat God verafschuwt, omdat het van de boze komt. Wij hoeven niet naar geweld te grijpen, we hebben God zelf aan onze zijde. De Here Jezus, de volmaakte mens, degene in wie God zijn welbehagen heeft, die is rechtschapen. Wij zijn door zijn dood en opstanding in Hem rechtschapen geworden, daarom is Gods oog altijd vol genoegen op ons. Wees dus gerust en blijf in Zijn vrede. Hij zorgt voor je.

woensdag 7 april 2010

Wees niet jaloers op iemand die geweld gebruikt

Spreuken 3:31 
“Wees niet jaloers op iemand die geweld gebruikt, kies niet de weg die hij gaat, ..”

Geweld hoort niet bij Gods koninkrijk. Niet door kracht, noch door geweld, maar door Gods Geest komen dingen tot stand. Wij hebben de kracht van het gesproken woord. Alles wat geschapen is, kwam daaruit voort. Wanneer we Gods woorden spreken zal zijn kracht zich openbaren en komen zijn beloftes tot vervulling.

dinsdag 6 april 2010

Maak geen ruzie

Spreuken 3:30 
“Maak geen ruzie met iemand die je geen kwaad berokkend heeft.”

De enige waar je kwaad op mag worden is de duivel. Hij heeft je veel kwaad berokkend en blijft dat proberen zolang hij kan. Hij gebruikt daarvoor mensen. De verleiding is groot tegen vlees en bloed te strijden, maar de Bijbel leert dat dat onze tegenstanders niet zijn. Dus als je al strijd wil voeren, doe het dan tegen de boze en zijn streken. Voor het overige geldt: doe net als Jezus, zegen de mensen en vervloek ze niet. Overwin het kwade door het goede en heb je vijanden lief. Dit kan alleen als je op God bent gericht. Hij zorgt immers voor je. Niets zal je enig kwaad doen, wanneer je vertrouwt op Hem.

maandag 5 april 2010

Behandel hem niet zo schandalig

Spreuken 3:29  
“Behandel hem niet zo schandalig terwijl hij zijn vertrouwen in je heeft gesteld.”

God noemt het schandalig, als je iemand laat wachten terwijl je kan geven wat hij vraagt. Zo beschaam je het vertrouwen, dat iemand in je stelt. Als God dit van ons vraagt, is dat voor Hem zelf ook vanzelfsprekend. Ook Hij stuurt niemand weg met een smoesje. De Here Jezus hielp iedereen die met een vraag tot Hem kwam, of met een nood. Hij stuurde niemand weg, als Hij kon geven. De vraag naar God toe is: kan Hij geven wat wij vragen? Weten we wat we mogen vragen? Kennen we Zijn mogelijkheden en Zijn wil voor ons? Vaak hoeven we niet eens te vragen, omdat God het al uit genade geschonken heeft.

zondag 4 april 2010

Ga weg, kom morgen maar terug

Spreuken 3:28
“Zeg nooit tegen je medemens: ‘Ga weg, kom morgen maar terug, ‘ terwijl je hebt wat je hem schuldig bent.”

De Here Jezus stuurde niemand weg die tot Hem kwam. De discipelen wel, die wilden de kinderen wegsturen en ook de schare van duizenden die Jezus wilde voeden. ‘Geef gij hen te eten’, sprak Hij tegen zijn discipelen. Maar zij reageerden met: ‘We kunnen niets en we hebben niets, in elk geval niet genoeg.’ Wij hebben iets voor een ander, namelijk Christus. We hebben Hem gekregen om Hem uit te delen. Stel dat nooit uit, maar geef de mensen waar ze recht op hebben, namelijk de genade en liefde van God. Om niet heb je het ontvangen, geef het om niet.

zaterdag 3 april 2010

Onthoud een ander niet waarop hij recht heeft

Spreuken 3:27
“Onthoud een ander niet waarop hij recht heeft, terwijl je het hem geven kunt.”

Niemand leeft voor zichzelf, schrijft Paulus aan de Romeinen. Dat is nogal wat, want van nature leven we uitsluitend voor onszelf. Je ziet het nu in de politiek. Waar kunnen we bezuinigen? Het antwoord van velen is op de ontwikkelingshulp, dat is wat je voor een ander kan doen. Mensen die dat als oplossing zien, zijn op zichzelf gericht, egoïstisch, zelfzuchtig. God zegt: ‘Niet doen, die weg moet je niet inslaan.’ Bezuinigen op wat je voor een ander kan doen is altijd fout. Tenminste als je met God rekening houdt. Hij zorgt immers voor je? Dus niet stoppen met goeddoen, ook al lijkt dat soms wijs. Je laat daarmee alleen je ongeloof en ik-gerichtheid zien. 

vrijdag 2 april 2010

Je kunt vertrouwen op de Heer

Spreuken 3:26 
“Je kunt vertrouwen op de HEER, hij beschermt je tegen hinderlagen.”

Je zou ook kunnen vertalen met: Hij zorgt ervoor dat je niet in de val loopt. Ik moet denken aan een stroper, die een strik zet om een dier te vangen. Zodra het dier een poot in de strik zet, zit het gevangen. Het wordt nog erger als het beestje met zijn kop in de strik geraakt. Mensenvrees is zo’n strik. Angst voor wat anderen van je vinden is een strik. Angst voor wat anderen je kunnen aandoen is een strik. Sommigen zien overal het gevaar, ze zijn erop gefocust wat er allemaal mis kan gaan. De tekst leert, dat je kunt vertrouwen op de Heer. Hij beschermt je tegen de verborgen strikken en valkuilen. Hij laat zien waar het gevaarlijk is en waar je veilig kan gaan. 

donderdag 1 april 2010

Geen angst

Spreuken 3:25 
“Je hoeft geen angst te hebben plotseling te worden opgeschrikt door onheil dat van goddelozen komt.”

Niet bang zijn, niet bezorgd zijn, niet angstig rondkijken, het zijn allemaal raadgevingen van onze hemelse Vader. Angst en bezorgdheid zijn uitingen van ongeloof, het is omgekeerd geloof. Je gelooft in de macht van de boze in plaats van in de kracht van God. De boze is verslagen en ontwapend, hij heeft geen macht meer over jou. Je bent zijn slaaf niet meer. En als de duivel zoekt wie hij kan verslinden, zorg er dan voor dat jij het niet bent. Geloof in God beschermt je tegen het onheil van goddelozen.