donderdag 10 juni 2010

Een brood stelen omdat je honger hebt

Spreuken 6:30-31 
“Een dief die steelt omdat hij honger heeft, steelt uit noodzaak. Men veracht hem niet, al moet hij het gestolene ook zevenvoudig terugbetalen als hij wordt betrapt, al kost het hem ook alles wat hij heeft.”

Voor sommige zonden en overtredingen kun je begrip opbrengen. Een dief die een brood steelt omdat hij honger heeft, kan rekenen op sympathie. Enkele jaren geleden werd dit zelfs door een geestelijke als raad gegeven aan zwervers, maar dat is natuurlijk de zaak omdraaien. Er staat niet: ‘Ga maar stelen als je honger hebt.’ Je zou je de vraag kunnen stellen waarom iemand geen geld heeft om een brood te kopen. Dat is al vreemd, want wie werkt zal eten, wie niet werken wil, zal niet eten. Had de dief geen zin om te werken? Wij zijn snel geneigd te oordelen over situaties, zonder de achterliggende oorzaak te kennen. Daarom zegt de Bijbel: veracht hem niet. In het nieuwe testament schrijft Paulus dat we elkaar terecht moeten wijzen in een geest van zachtmoedigheid, ziende op onszelf. Want zijn we zelf zoveel beter dan de ander? Misschien maken wij weer andere fouten, maar uiteindelijk is het voor iedereen de genade van God die ons staande houdt.