woensdag 23 juni 2010

Het was in de schemering

Spreuken 7:9 
“Het was in de schemering, de avond viel, de nacht brak aan, duisternis verspreidde zich.”

Let op de opklimming in sterkte bij de beschrijving van de omstandigheden: schemering – het licht wordt minder en daarmee het zicht; de avond valt – voorteken van de komende nacht; de nacht breekt aan – het licht ontbreekt nu totaal, slechts weerspiegeling van het licht hier en daar; de duisternis verspreidde zich – breidt zich steeds verder uit. Het is een perfecte beschrijving van wat er gebeurt met een mens die zich niet meer tot God richt, die niet meer in het licht blijft. Langzaam maar zeker valt de duisternis in, totdat je erdoor gegrepen wordt. Er zijn zoveel voorstadia van zonde, waarin je gewoon terug kan keren naar het licht. Het is niet waar dat je ineens in de duisternis wandelt. Je bent al zoveel rode lichten gepasseerd, maar verblind door begeerte let je niet meer op God. Zo maak je het wel heel erg makkelijk voor de boze.