woensdag 21 juli 2010

Wie ontzag heeft voor de HEER haat het kwaad

Spreuken 8:13a 
“Wie ontzag heeft voor de HEER haat het kwaad.”

David schrijft in een van zijn psalmen: ‘Zou ik niet haten wie U haten?’ Maar je kan het ook anders benaderen: ‘Zou ik niet haten wat U haat?’ God haat geen mensen, maar Hij haat wel het kwaad. Het kwaad is Gods tegenstander. De Bijbel beschrijft het kwaad op vele manieren, maar altijd is het vernietigend. Het kwaad steelt, liegt, verleidt en voert altijd naar de dood. Maar God brengt je door Zijn genade naar het leven. Hij heeft je verlost uit de macht van zonde en dood door het volmaakte offer van Jezus. Wie dat offer aanvaardt is vrij en tot leven gewekt. Vanaf dat moment begint het kwaad steeds meer terrein te verliezen in je leven. Je wordt vernieuwd in je denken en komt tot andere inzichten. Het leven openbaart zich gaandeweg. Je gaat liefhebben wat God liefheeft en haten wat Hij haat.