donderdag 2 december 2010

Wie zijn mond op slot houdt, waakt over zichzelf

Spreuken 13:3
“Wie zijn mond op slot houdt, waakt over zichzelf, wie zijn lippen hun gang laat gaan, stort zichzelf in het verderf.”

Soms voel je je rot en heb je zin om te mokken en te klagen. Het voelt wel lekker om je eens goed te laten gaan. Schelden en mopperen is de ergste vorm van luchtverontreiniging. Het tast je omgeving aan en stort je in het verderf. Daarom heb je lippen gekregen. Zo lang je die op elkaar houdt is er geen vuiltje aan de lucht. Elke gedachte die bij je binnenkomt kan gewoon daar blijven. David zegt: ‘Laten de woorden van mijn mond U welgevallig zijn.’ Spreken is zilver, maar zwijgen is goud. Wie zichzelf overwint is sterker dan iemand die een stad inneemt. Laat je lippen niet hun gang gaan. Waarom zou je ellende over jezelf afroepen? Bedenk wat waardig en waar is. Denk aan Jezus en Zijn liefde voor jou. Denk aan Zijn beloften en spreek die uit. Want met je hart geloof je en met je mond belijd je. Dat moet in balans zijn en kloppen met elkaar.