maandag 13 juni 2011

Tuchtig je zoon, dan is er hoop

Spreuken 19:18
“Tuchtig je zoon, dan is er hoop, zorg ervoor dat hij niet sterft.”

Andere vertalingen zeggen, tuchtig je zoon zolang er hoop is, maar sla hem niet dood. Het opvoeden moet altijd tot doel hebben om de kwaliteit van het leven van je kind te verbeteren. Het gaat om het welzijn van het kind en niet om dat van de opvoeder. God is onze Vader en ook Hij voedt ons op. Dat doet hij niet door slaan en kastijding, maar door zijn woord. Gods liefde en wijsheid voeden ons op. Jezus voedt ons op. Gods liefde en genade scheppen een omgeving waarin het veilig en vertrouwd is. Vanuit die veiligheid is opvoeden niet bedreigend voor het kind. Het weet zich geliefd en zal correctie aannemen. Maar als een vader zijn frustratie afreageert op zijn kinderen, dan staat het er met de opvoeding slecht voor, maar ook met de onderlinge relatie. Laat Gods genade en liefde ook uitgangspunt zijn bij de opvoeding, dan komt er vrede je huis binnen.