vrijdag 30 september 2011

Gezond en gezegend

Spreuken 23:8
“Wat hij je voorzet, braak je uit, je vriendelijke woorden zijn aan hem verspild.”

Bij een gierigaard aan tafel gaan is geen zegen maar een vloek. De gierigaard is een symbool van de duivel. Hij gunt je niets, integendeel, hij verwoest je leven. Hij is een rover en een moordenaar. De enige die leven geeft is Jezus. Hij nodigt je aan zijn tafel en je mag er overvloedig van nemen en eten. Daar geniet Hij van. Hij vindt het heerlijk als we vrijmoedigheid hebben om te nemen. Daarvoor heeft Hij het klaargemaakt. De spijzen van een gierigaard – die bestaan uit wetten en geboden – braak je uit. Iemand die door Gods genade in de vrijheid is gezet verdraagt dat niet meer. Jezus is onze spijs geworden. We eten en drinken van Hem en worden er gezond en gezegend door.