zondag 11 december 2011

Onthul geen geheimen

Spreuken 25:9
“Als je een rechtsgeding met iemand hebt, onthul dan geen geheimen van een ander.”

Mensen die onder veroordeling leven, hebben steeds de neiging zich te verdedigen. In een rechtbank gaat het daar ook om. Je wordt beschuldigd, maar je mag je verdedigen. Veel mensen zien God ook alleen als rechter. Hij beoordeelt of je het goed of fout hebt gedaan in je leven, of op deze dag. De werkelijkheid is, dat God je niet veroordeelt, maar vrij spreekt. Hij heeft het oordeel op Jezus gelegd en het vonnis over de zonde voltrokken aan het kruis. Daarmee is wat God betreft het zondeverhaal klaar. Hij denkt er niet meer aan. Nu moeten de mensen die vrij geworden zijn, leren in die vrijheid te leven. Daar is God op gericht. Maar voor de duivel is de rechtzaak nog in volle gang, hij blijft je aanklagen en beschuldigen. Daarom is Jezus onze advocaat, onze voorspraak. Hij neemt het voor ons op en bevestigt onze vrijspraak. We hoeven ons niet te verdedigen of te rechtvaardigen voor God, het is in orde. Het is niet nodig de geheimen van een ander te vertellen om je goed te voelen, je mag je geliefd weten en als kind van God ben je niet langer onder wat voor oordeel dan ook. Je leeft onder Gods goedkeuring en zegen.