dinsdag 19 juni 2012

Haar handen strekt zij uit

Spreuken 31:20
“Haar handen strekt zij uit naar de behoeftigen, ze geeft de armen hulp.”

God weerstaat de hoogmoedigen, maar de nederigen schenkt Hij genade. God is een ontfermer. Toen Adam en Eva gegeten hadden van de verboden boom, kwam God zich over hen ontfermen. Hij kwam ze bedekken met dierenhuiden. Hij slachtte een offerlam om de zonden van de wereld weg te nemen, zodat Hij ze niet hoeft te gedenken. Dat is de hulp die God wil bieden. Een eeuwige oplossing, zodat we onbelemmerd kunnen leven in overvloedige genade. De gemeente gaat daarin voorop. Zij is als eerste verlost en heeft het begrepen. Zij is zo aangeraakt door de liefde van de Vader en de Zoon, dat ze haar handen uitstrekt naar de behoeftigen. Zij helpt de gebrokenen van hart, zoals ze zelf is geholpen. Jezus doet zijn werken door middel van de gemeente, die zijn lichaam is. Als je vandaag iemand tegenkomt die gebukt gaat onder gevoelens van schuld en schaamte, vertel ze dan van de liefde en genade van God. Onverdiende gunst, omdat Jezus alles heeft voldaan. Wees als God voor hen en ruk ze uit het vuur, zoals God dat ook met jou heeft gedaan.