zondag 31 augustus 2014

Hogepriester van de genade

Hebreeën 5:5
‘Zo heeft ook Christus Zichzelf niet de eer toegekend hogepriester te worden, maar Hij, die tot Hem sprak: Mijn Zoon zijt Gij; Ik heb U heden verwekt;’

De priesters kwamen uit de stam Levi en de hogepriester uit de familie van Aäron, de broer van Mozes. Zo had God het bepaald voor het oude verbond van de Wet. Maar Jezus kwam uit de stam van Juda, de koningsstam waaruit ook David was voortgekomen. Jezus is de hogepriester van het nieuwe verbond van Genade. Hij kreeg die functie nadat Hij zichzelf als Lam van God had geofferd en zo de Middelaar was geworden tussen God en de wereld. Toen God sprak: ‘Ik heb u heden verwekt’, een tekst uit Psalm 2 die in Handelingen 13 wordt aangehaald, sprak Hij over de opstanding uit de dood. Jezus is hogepriester geworden, omdat God Hem heeft opgewekt uit de dood, omdat de zonden van de wereld waren verzoend en Hij nu de plaats van Hogepriester bij God kan innemen. Het feit dat Jezus is opgewekt, betekent dat onze zonden zijn verzoend en dat het offer is goedgekeurd. We hebben een nieuw verbond met een nieuwe hogepriester. Met Christus zijn we verrezen tot nieuw leven. Jezus pleit voor ons wanneer de boze ons aanklaagt. Een hogepriester die met ons kan meevoelen als we zwak zijn, maar die ons altijd vrij spreekt. Geen wet meer die veroordeelt, maar genade die vrijpleit en zegent.

zaterdag 30 augustus 2014

Leven na de dood

Genesis 8:4
‘Op de zeventiende dag van de zevende maand liep de ark vast op het Araratgebergte.’

Het zondvloedverhaal is over de hele wereld bekend, zelfs in de oudste culturen. Dat is logisch, want een grotere ramp heeft de aarde nooit getroffen en we zijn allemaal nazaten van de overlevenden. Op de zeventiende dag van de zevende maand, waarom staat dat er zo nadrukkelijk bij? Omdat het een verwijzing is naar de opstandingsdag van Jezus. Ararat betekent dat de vloek is verbroken. Jezus heeft het oordeel gedragen, Hij is de reddende ark die dwars door het oordeel naar de Ararat voer. In nieuw land, op nieuwe grond, met een nieuwe belofte van geen oordeel meer, mogen we leven. In Christus zijn we verlost uit de slavernij van zonde, ziekte en dood. In Hem leven we, bewegen we, en zijn we voor eeuwig veilig. Zoals voor Noach en zijn gezin het oude leven voorgoed voorbij was, zo is ons zondeleven voorgoed voorbij. We mogen nu leven in de nieuwe werkelijkheid dat Gods Geest ons leidt. Hij wijst ons op de Ararat, Hij wijst ons op de Ark, Hij wijst ons op Jezus en het nieuwe verbond. Het oude is voorbij, het nieuwe is gekomen.

vrijdag 29 augustus 2014

Jezus geeft je rust

Hebreeën 4:3
‘Want wij gaan tot de rust in, wij, die tot geloof gekomen zijn, ..’

Kom allemaal bij Mij, dan zal Ik je rust geven.’ Dat zijn de woorden die Jezus spreekt tegen mensen die vermoeid en belast zijn. Wie tot geloof komt, komt tot Jezus. Hij is onze rust. In Hem zijn we veilig en verzekerd. Geen kwaad kan ons deren, want Hij is bij ons. Verdrukking zal er zijn, zegt Jezus, dat hebben ze Mij ook gedaan, maar aan je ziel kan niemand komen. De rust waar Jezus over spreekt is niet een rustig plekje, maar het is rust in je ziel. Die rust kennen alleen de gelovigen. Zij weten zich gerust, omdat Jezus hun rust is. Ze rusten in Zijn trouw. Ze zijn verzekerd van Gods liefde. Hoe de storm ook tekeer gaat, ze leggen hun hoofd neer en gaan slapen. Je komt niet in Gods rust door je eigen inspanningen, niet door vasten of gebed, maar door geloof. Wie zich voedt met de waarheid van Jezus’ volbrachte werk, gaat die rust binnen. Het voorhangsel voorbij, rechtuit naar Gods troon. Daar ontvangen we hulp en genade temidden van onze omstandigheden. Zie alleen op Hem, overdenk Zijn woorden en ontvang Zijn rust.

donderdag 28 augustus 2014

God is goed

Markus 10:18
‘En Jezus zeide tot hem: Waarom noemt gij Mij goed? Niemand is goed dan God alleen.’

Als de mensen Jezus goed noemen, is dat absoluut waar. Jezus is goed. Maar Jezus wijst er op, dat alleen God goed is. Ik geloof dat Hij daarmee een hint geeft over wie Hij zelf is. Goed is het tegenovergestelde van slecht, of fout. Ieder mens is van nature slecht en fout, maar in plaats van dat te zeggen, benadrukt Jezus Gods goedheid. Het is Gods goedheid die Jezus laat zien en het is Gods goedheid die Hij zal openbaren aan het kruis. Niet de slechtheid van de mens moet centraal staan in ons denken, maar de goedheid van God. Al onze zonden zijn vergeven, omdat God goed is. Er is geen veroordeling meer, omdat God goed is. Er is geen angst of bedreiging meer, omdat God goed is. Ziekte, zonde en dood zijn ontwapend, omdat God goed is. We zijn gezegende mensen, omdat God goed is. Ook in de Bijbel vind je die goedheid bezongen in de psalmen. Zijn goedheid duurt in eeuwigheid, lezen we dan. Hoe meer we nadenken en spreken over Gods goedheid, hoe minder we gericht zijn op onszelf. Inderdaad, God is goed en Jezus ook.

woensdag 27 augustus 2014

Een Geest van inzicht om Hem te kennen

Efeziërs 1:17
‘Moge de God van onze Heer Jezus Christus, de vader van alle luister, u een geest van inzicht schenken in wat geopenbaard is, opdat u hem zult kennen.’

God heeft ons door de Heilige Geest veel geopenbaard, maar begrijpen we het ook? Die vraag hield Paulus bezig en kan ook ons bezighouden. Begrijpen we het allemaal wel goed, of gaat het ons alleen om kennis? Paulus legt uit dat het doel van het evangelie is om God te leren kennen. Maar dat kan alleen door persoonlijke omgang. Je kunt heel veel over iemand weten door wat anderen je hebben verteld, maar ken je dan die persoon? ‘Opdat u Hem zult kennen’, is het doel van het evangelie. Alle geopenbaarde kennis moet daartoe leiden, dat we niet bezig zijn met regels en de uitleg ervan, maar met de Vader. God de Vader wil gekend worden als vader, liefhebbende, vergevende, verzorgende, zegenende vader. Niets kan je nog scheiden van Zijn liefde. Niets kan je positie in Zijn nabijheid bedreigen. Je bent voor eeuwig bewoner van Zijn woning. Maar ken je Hem ook? Begrijp je wat het offer van Jezus betekent, dat de Vader op die manier Zijn liefde voor jou heeft bewezen? Dat al je schuld is verzoend, ook die van de toekomst? Dat de zonde en de dood geen rechten meer op je kunnen laten gelden? Brengt die kennis je bij Gods Vaderhart? Voel je je daar veilig en geborgen? Deel je je hart en gedachten, je wensen en verlangens met Hem? Dat is wat Paulus vraagt aan de Efeziërs. Bid voor jezelf om die Geest van inzicht in wat je is geleerd, zodat je meer gaat zien van wat werkelijk belangrijk is, Hem te kennen die jou liefheeft.

dinsdag 26 augustus 2014

Weg met die dode werken

Hebreeën 9:14
‘Hoeveel te meer zal het bloed van Christus, die door de eeuwige Geest Zichzelf als een smetteloos offer aan God gebracht heeft, ons bewustzijn reinigen van dode werken, om de levende God te dienen?’

Het zondebesef moet verdwijnen uit ons bewustzijn, daar moeten we ons niet langer mee vermoeien. Gedachten aan zonden staan het dienen van God in de weg. We dienen God niet om rein te worden, maar omdat we rein zijn. We proberen niet heilig te leven door een keurig gedrag, we zijn heilig. Daarom leven we keurig. Ons bewustzijn kan vervuld zijn met dode werken, dat zijn werken die geen leven dragen en geen leven voortbrengen. Het zijn inspanningen van het vlees die zonder effect blijven. Het zijn de religieuze leefregels die hier als dode werken worden aangeduid. Je kunt niet rein en heilig worden door je werken, je bent rein en heilig door het bloed van Jezus. Hij heeft je leven geheiligd voor God, maar dat moet tot je bewustzijn doordringen. Je hoeft niet langer bang te zijn dat je iets verkeerd hebt gedaan, je bent heilig. Zelfs al doe je alles verkeerd, het maakt je niet onheilig, want je heiligheid is veroorzaakt door het bloed van Jezus. De boze klaagt je aan over je werken, maar God spreekt je vrij wegens het werk van Jezus. Wanneer je gedachten op jezus zijn gericht en je gelooft in wat Hij heeft gedaan, zullen de dode werken uit je gedachten en leven verdwijnen. Dan ga je genieten van een vrij en schuldloos leven. Het bloed van Jezus heeft je voor altijd in Gods dienst gesteld. Niet om vrij te worden, maar om vrij te zijn.

maandag 25 augustus 2014

De kroon des levens

Jakobus 1:12
‘Zalig is de man, die in verzoeking volhardt, want, wanneer hij de proef heeft doorstaan, zal hij de kroon des levens ontvangen, die Hij beloofd heeft aan wie Hem liefhebben.’

Verzoekingen, beproevingen, hoe je die omstandigheden ook noemt, ze kunnen kritisch zijn voor je geloof. Jakobus noemt de verzoekingen een proef om te doorstaan. Dat kan alleen als je vasthoudt aan wat je gelooft, als je vasthoudt aan Gods liefde en trouw. Er komt een einde aan elke beproeving, het donkere dal is het eindpunt niet. De grootste beproeving voor Jezus was het kruis. Die drinkbeker moest Hij helemaal leegdrinken. Maar Hij verheugde zich over de vreugde die daarna zou komen. De kroon des levens, wat dat ook is en hoe dat ook voelt, is de bekroning voor de beproefden. Het leven is sterker dan de dood. De uitkomst sterker dan de beproeving. Maar in dat alles, schrijft Paulus, zijn we meer dan overwinnaar door Hem die ons heeft liefgehad. Jezus sleept ons erdoor. Hij is de Goede Herder die ons voorgaat, zelfs door het donkerste dal weet Hij de uitweg. We mogen vertrouwen op Hem die ons liefheeft en die Zijn leven met ons deelt.

zondag 24 augustus 2014

Vertrouwen in Gods trouw

Psalm 59:10
‘God, die trouw is, zal mij te hulp komen, God zal mij doen neerzien op wie mij aanvallen.’

Wat een prachtige woorden met een rijke inhoud. God die trouw is, dat is een absolute zekerheid, Hij zal mij te hulp komen. Ook dat staat vast. David is aan alle kanten omringd door vijanden die hem willen doden, maar in plaats van op de vijand gericht te zijn, of op zijn eigen leven, richt David zijn aandacht op God. Dat is het geheim van standhouden, niet geloven in eigen kracht, maar in Gods kracht. Hij zal voorzien, Hij zal uitredden. De meeste mensen komen in geestelijke nood, omdat ze op zichzelf gaan zien. Ze worden zelf het middelpunt van het denken, maar wie overwint, is op God gericht, die rust in Gods trouw en spreekt uit wat hij gelooft. God zal mij doen neerzien op wie mij aanvallen. God is …, God zal …, dat zijn de woorden die David gebruikt. Het gaat alleen om Hem.

zaterdag 23 augustus 2014

Meer dan een goede oogst

Psalm 4:7
‘Gij hebt meer vreugde in mijn hart gegeven dan toen hun koren en most overvloedig waren.’

David zoekt zijn heil bij God. Hij zoekt niet naar rijkdom en eer, maar naar God zelf. Hij ziet veel mensen om zich heen die een goede oogst zoeken, zegen op hun arbeid, maar David zegt, dat God kennen meer vreugde geeft dan een overvloedige oogst. Gods vrede komt voort uit het kennen van Hem. Dat geeft een hogere voldoening dan de aarde kan voortbrengen. Te weten dat God van je houdt, dat Hij voor je is en niet tegen je, dat Hij je in Christus alles heeft geschonken en dat Hij niet kwaad wordt wanneer je iets verkeerd doet. Het geeft zoveel vreugde en vrede om te beseffen dat de God van hemel en aarde Zijn welbehagen in je heeft. Niets kan daar tegenop. Jezus zegt niet, wie wat nodig heeft kan het van me krijgen, maar wie Mij gezien heeft, heeft de Vader gezien. Het gaat om zien, niet om krijgen. En het mooie is, dat wanneer je steeds beter ziet wie Jezus is, wie God de Vader is, dat je niet meer zo let op wat je nodig hebt of verlangt. God zelf is je vrede en vreugde en Hij schenkt je overvloedig, want Hij weet wie je bent en wat je nodig hebt. Wie zijn geluk in bezit zoekt, is arm, maar wie God kent, is rijker dan de rijkste mens op aarde. Had David het zo makkelijk? Nee, maar hij kende God en daarom zegt hij: in vrede leg ik me neer en ik slaap meteen in. Dat is echte rust.

vrijdag 22 augustus 2014

De strijd in je gedachten

2Corintiërs 10:5
‘We halen spitsvondigheden neer en iedere verschansing die wordt opgetrokken tegen de kennis van God, we maken iedere gedachte krijgsgevangene om haar aan Christus te onderwerpen’

Geestelijke strijd is geen gevecht tegen mensen, maar tegen gedachten. Geestelijke strijd speelt zich af in je hoofd. Het zijn de leugens tegenover de waarheid, het is het verzet tegen de kennis van God, spitsvondigheden, redeneringen en twijfels die ons aan het wankelen kunnen brengen. Maar Paulus leert ons dat we die gedachten steeds moeten afbuigen en terugvoeren naar de gehoorzaamheid van Christus. Geestelijke strijd is een gevecht om de waarheid van Gods genade te ontkennen. Niemand vindt het raar om zonden te belijden, maar er is veel verzet tegen het niet meer belijden van zonden. God heeft alle zonden op Jezus gelegd en ze voorgoed weggedaan. Dat is in overeenstemming met de waarheid. Zo wil God gekend worden. Hij is een liefhebbende Vader, die Zijn geliefde Zoon gegeven heeft om de schuld van de wereld te verzoenen. Zoals de Farizeeërs zich verzet hebben tegen Jezus, zo is er nog steeds verzet tegen de genade die Hij openbaarde. Allerlei gedachten komen in ons op. Als alle zonden zijn weggedaan, waarom doe ik ze dan nog? Dat soort gedachten komen van een verkeerde bron. Dat soort gedachten moeten we terugbrengen naar de gehoorzaamheid van Christus. Niet wij zijn zonder zonden, maar Hij. Niet ons leven is beoordeeld en veroordeeld, maar dat van Hem. Door steeds weer naar Jezus te verwijzen, winnen we de strijd en blijven we vast staan op het fundament van genade.

donderdag 21 augustus 2014

De weg van vertroosting

Romeinen 15:4
‘Al wat namelijk tevoren geschreven is, werd tot ons onderricht geschreven, opdat wij in de weg der volharding en van de vertroosting der Schriften de hoop zouden vasthouden.’

Hoe doe je dat, is een veelgehoorde vraag. We zoeken naar voorbeelden als we iets niet eerder hebben meegemaakt. Hoe hebben anderen dat gedaan? God geeft ons de voorbeelden die we nodig hebben in de verhalen uit de Bijbel. Ze zijn ons tot onderricht gegeven, we kunnen ervan leren hoe het wel of niet moet. Maar wat de verhalen vooral laten zien, is de trouw en barmhartigheid van God. Hij is een God van uitreddingen, Hij is een helper. Die troost en zekerheid moeten we vasthouden. Een spreekwoord zegt: hoop verloren, al verloren. Dat geldt zeker in ons geloofsleven. Jezus is onze hoop. Hij is onze zekerheid. Wanneer we Hem vasthouden, zal onze ziel Zijn kracht ervaren. We zijn niet de eersten die beproefd worden, velen zijn ons voorgegaan. In de wereld lijden we verdrukking, maar houd moed. Volhard in je geloof, laat je vertroosten door de geschiedenis, die heeft aangetoond dat God trouw is, dat elk kwaad een keer stopt. Houd je hoop vast, God is je helper, Hij zal het doen.

woensdag 20 augustus 2014

Jezus is onze volmaakte hogepriester

Hebreeën 8:3
‘Want iedere hogepriester treedt op om gaven en offers te brengen, en om die reden was het noodzakelijk, dat ook deze iets had om te offeren.’

De hogepriester vertegenwoordigt het volk bij God en God bij het volk. Als de hogepriester zijn werk niet goed doet, heeft dat gevolgen voor het volk. De hogepriester bracht gaven en offers aan God namens het volk. Nu Jezus onze hogepriester is geworden, treedt Hij voor ons op. Zijn werk bepaalt of we gerechtvaardigd zijn bij God. Omdat Hij maar een keer een offer hoefde te brengen, omdat dat ene offer volmaakt was, bepaalt dat ene offer alles voor ons. Niet ons gedrag, niet onze inspanningen, niet onze goede bedoelingen, maar het ene offer van Christus bepaalt onze positie bij God. Door een offer zijn we voor altijd gereinigd, geheiligd, gerechtvaardigd en verzoend. Daarom hoef je niet in de war te raken van je gedrag of van je gedachten. Die hebben geen effect op het ene volmaakte offer van Jezus. We hebben Hem als hogepriester nodig om in het voortdurende besef te blijven van onze volmaakte relatie met de Vader. Het enige offer dat wij kunnen brengen, is het offer van lof en aanbidding. De vrucht van onze lippen die Zijn naam belijden.

dinsdag 19 augustus 2014

Trouw tot in de dood

2Samuël 22:2-3a
‘Hij zei: ‘HEER, mijn rots, mijn vesting, mijn bevrijder, God, mijn steenrots, bij u kan ik schuilen,'

Een danklied van David nadat God hem had verlost van zijn vijanden, ook van Saul. David was op God gericht, ook als hij in gevaar was. Hij vertrouwde op Gods uitreddingen en zag die ook. Hij vocht tegen leeuwen en beren, hij vocht tegen de reus Goliath en won. Hij vocht niet tegen Saul, omdat God hem tot koning had gezalfd. En hoewel Saul David wel bestreed, vluchtte David liever dan te strijden tegen Gods gezalfde. Hij liet het oordeel over Saul aan God die hem had aangesteld. Deze woorden van David zijn dezelfde als in Psalm 18. David zag Gods grootheid en Gods woede over het onrecht. De hemel werd bewogen en de aarde beefde, omdat God ingreep. Tot in het dodenrijk greep God in, Hij is een redder en bevrijder. Dwars door de woorden van David herkennen we Jezus die worstelde aan het kruis onder de druk van Zijn vijanden. Maar de hemel bewoog en God redde Hem en ons uit de dood. De woorden van David zijn profetische woorden. Ze bemoedigen ook ons, omdat ze Gods genade tonen. In de grootste nood kun je vertrouwen op Hem.

maandag 18 augustus 2014

Vergeving en dankbaarheid

Lukas 7:47
‘Daarom zeg ik je: haar zonden zijn haar vergeven, al waren het er vele, want ze heeft veel liefde betoond; maar wie weinig wordt vergeven, betoont ook weinig liefde.’

Haar zonden zijn vergeven, want ze heeft veel liefde betoond. Op het eerste gezicht lijkt het erop, dat deze zondares haar vergeving heeft verdiend, doordat ze veel liefde voor de Heer heeft betoond. Maar de volgende zin geeft duidelijkheid. Wie weinig wordt vergeven, toont weinig liefde. De volgorde is eerst vergeven en dan liefde betonen. En omdat de zondares veel liefde betoonde, is de conclusie van Jezus, dat ze begrepen heeft hoeveel zonden zij had gedaan. Ze zijn haar alle vergeven. Jezus heeft de zonden van de hele wereld vergeven, maar niet iedereen beseft dat en reageert daarop. Wanneer je denkt dat je gedrag bepaalt of God je zonden vergeeft, zul je als Farizeeër weinig besef van vergeving hebben en al helemaal weinig besef van onverdiende vergeving. Jezus kwam het hart van de Vader laten zien aan zondaren. Zijn boodschap bracht verzoening, geen veroordeling. Alleen degenen die beseffen dat er slechts vergeving is op grond van genade, hebben de vrijmoedigheid om zichzelf te kunnen zijn in de tegenwoordigheid van God. Farizeeërs en andere religieuze doeners, willen alleen hun daden tonen. Degenen die Gods liefde en genade zien, tonen dankbaarheid en aanbidding.

zondag 17 augustus 2014

Spreken met gezag

Markus 4:39
‘Toen hij wakker geworden was, sprak hij de wind bestraffend toe en zei tegen het meer: ‘Zwijg! Wees stil!’ De wind ging liggen en het meer kwam helemaal tot rust.’

Wie tegenwoordig spreekt tegen een meer of tegen de wind, wordt waarschijnlijk naar een psycholoog gestuurd. Je spreekt tegen mensen en tegen dieren, maar niet tegen dingen, zoals de wind, of een boom. Jezus deed dat wel, omdat Hij wist dat er kracht zat in wat Hij zei. Hij sprak met hemelse autoriteit tegen een verschrompelde hand, tegen de koorts, tegen ziekte en zelfs tegen een dode. Jezus kende de kracht van het gesproken woord, omdat Hij de waarheid van die woorden kende. Nadat Jezus had gesproken, ging de wind liggen en het meer werd stil. Jezus vraagt dan aan Zijn discipelen: ‘Waar was jullie geloof?’ Geloven wij dat we kunnen spreken tegen alles wat ons bedreigt? Doen we dat ook en wat zeggen we dan? Het gaat niet om formuleringen en bezweringen, zoals ‘in de naam van Jezus’, maar om geloof. Geloven we dat we bekleed zijn met dezelfde autoriteit als Jezus, omdat we een met Hem zijn? Je gaat anders leven en reageren op situaties als je beseft hoe Jezus je heeft bekleed met Zijn gerechtigheid, zodat je als koning kan heersen in dit leven. Niet over mensen, maar over elke situatie die je bedreigt. Spreek er tegen, kort en bondig, net als Jezus deed.

zaterdag 16 augustus 2014

Leven in Gods koninkrijk

Romeinen 14:17
‘Want het koninkrijk van God is geen zaak van eten en drinken, maar van gerechtigheid, vrede en vreugde door de heilige Geest.’

Het koninkrijk van God is de geestelijke wereld waarin God koning is. In dat koninkrijk gelden wetten van liefde en gerechtigheid. Je bent in dat koninkrijk geplaatst door de dood en opstanding van Christus. Je bent erin en kan er niet meer uit, wat je ook doet, het verandert niets aan de werkelijkheid. We zijn overgezet in het koninkrijk van de Zoon van Gods liefde. We leven in het licht en de duisternis heeft geen rechten meer op ons leven. Eten en drinken verandert daar niets aan. Het is Gods Geest in ons die God behaagt. Gerechtigheid, vreugde en vrede zijn ons geschonken en worden zichtbaar door geloof. Door te wandelen in de waarheid van Gods liefde, ervaren we vrede en vreugde en leven we uit Zijn gerechtigheid. Geen religieus gedoe van raak niet, smaak niet, raak niet aan, maar liefde werkend door geloof en andersom. De Geest speelt de hoofdrol in ons leven. Het is de Geest die ons Christus laat zien en die Hem centraal stelt in ons denken. Van daaruit leven we, vanuit vergeving, verzoening, verlossing, bevrijding, kortom vanuit genade. Gods liefde is in ons hart uitgestort door de Heilige Geest. Die liefde is in elke situatie voldoende om vrede en vreugde te ervaren. Zoek het niet in het houden van wetten en regels, maar geniet van het volbrachte werk van Jezus. Hij is onze gerechtigheid, onze vrede en onze vreugde.

vrijdag 15 augustus 2014

De vrucht van je lippen

Hebreeën 13:15
‘Laten wij dan door Hem Gode voortdurend een lofoffer brengen, namelijk de vrucht onzer lippen, die zijn naam belijden.’

Vaak wordt aan christenen geleerd, dat ze hun zonden moeten belijden, maar dat is niet in overeenstemming met wat Gods verlangen is. Het zondeprobleem is door Jezus eens en voor altijd opgelost. Onze schuld is betaald, onze zonden zijn bestraft en God gedenkt ze niet meer, dus laten wij dat ook niet doen. Als zondaren bestaan we niet meer, we zijn nu kinderen van God geworden en zoals Jezus is, zijn ook wij in deze wereld. Dus geen zonden belijden die er niet meer zijn, maar wat dan wel? Het antwoord is eenvoudig. Ga belijden dat je een nieuwe schepping bent. Belijd dat je door Jezus bent verlost uit de slavernij aan de zonde. Belijd dat God je Vader is en dat Hij je lief heeft. Belijd dat je onder Gods gunst leeft en dat zonde, ziekte en dood niet langer heerschappij over je voeren. Belijd dat Jezus je hogepriester is die voortdurend getuigt van je vrijspraak. Belijd Gods genade. Belijd Gods naam en Gods waarheid. Door dat te doen, eer je God en breng je Hem voortdurend een lofoffer.

donderdag 14 augustus 2014

Door Zijn striemen genezen

Jacobus 5:14
‘Laat iemand die ziek is de oudsten van de gemeente bij zich roepen; laten ze voor hem bidden en hem met olie zalven in de naam van de Heer.’

Heerlijk, je bent ziek, roept de oudsten, ze zalven je met olie en hup, daar ben je beter. Wat zouden we graag willen dat het zo werkt. Maar deze tekst legt niet uit hoe het werkt. Deze tekst gaat over geloof, niet in de oudsten, niet in de olie, maar in het volbrachte werk van Jezus. Want dat is waar de oudsten en de olie op wijzen als het goed is. Zoals Jezus al onze schuld en al onze zonden heeft weggedragen, zo heeft Hij ook al onze ziektes en smarten weggedragen. Alle gevolgen van de zonde werden op Hem gelegd, Hij werd ervoor veroordeeld en zo heeft Hij verlossing gebracht. Wanneer we ziek worden, mogen we weten en geloven, dat Jezus daarvoor aan het kruis stierf. Niet om je ziek te maken, maar om je te genezen. Wanneer de ziekte zich manifesteert, mogen de oudsten van de gemeente Jezus verkondigen. Met olie als tastbaar symbool van Gods Geest die het leven van Jezus in ons zal openbaren. Het is een levendmakende Geest, die het werk van Jezus in ons aan het licht brengt. Niet de ziekte vertelt ons hoe het er met ons voorstaat, maar de Geest. In Christus hebben we verzoening, verlossing en genezing. Dat is wat de oudsten komen vertellen. Houd moed, Jezus heeft voor je genezing betaald met Zijn eigen bloed, met Zijn eigen lichaam. Door Zijn striemen ben je genezen.

woensdag 13 augustus 2014

Vergeven ondanks pijn

Kolossenzen 3:13
‘Verdraagt elkander en vergeeft elkander, indien de een tegen de ander een grief heeft; gelijk ook de Here u vergeven heeft, doet ook gij evenzo.’

Mensen kunnen elkaar ongelooflijk veel pijn doen, bewust of onbewust. Toch zit die pijn in onszelf, omdat we het ons zo aantrekken en we zo weinig op Jezus letten. Pijn en vergeving zijn twee aparte zaken. Jezus kon vergeven toen Hij gekruisigd werd. Meer pijn kon Hem niet worden aangedaan. Maar Hij vergaf de mensen, omdat ze niet wisten wat ze deden. Ze beseften niet wat er geestelijk gebeurde. De duivel gaat regeren als we onszelf zielig vinden en van onszelf een slachtoffer maken. Maar wie Jezus laat regeren over zijn leven, vergeeft. Die blijft de leiding aan God geven. Hij zal uitkomst geven, Hij zal helen, Hij zal zegenen. Vergeven kan middenin je pijn. Genezen komt daarna. En of je ooit weer een goede relatie krijgt met degene die jou pijn deed, hangt van die ander af. Die moet jouw liefde en vertrouwen opnieuw verdienen. Relaties kunnen herstellen vanuit vergeving. Wanneer je beseft hoe schuldig je tegenover God stond, toen Hij jou al je zonden vergaf, is de ander vergeven eenvoudiger, ondanks de pijn.

dinsdag 12 augustus 2014

Het wezenlijke van Gods liefde

1Johannes 4:10
‘Het wezenlijke van de liefde is niet dat wij God hebben liefgehad, maar dat hij ons heeft liefgehad en zijn Zoon heeft gezonden om verzoening te brengen voor onze zonden.’

Op allerlei manieren probeert de Bijbel ons uit te leggen dat Gods liefde niet verdiend kan worden. Als de reddingsbrigade uitrukt omdat er iemand dreigt te verdrinken in zee, gebeurt dat niet omdat de zwemmer dat verdient, maar uit mededogen, uit barmhartigheid. De redders brengen zichzelf in gevaar om iemand te redden die hulpeloos is. Zo heeft God onze hulpeloosheid gezien en ons gered. Hij gaf Zijn Zoon om ons te redden en al onze zonden te vergeven. Hij heeft verzoening gebracht die voor eeuwig is. Dat is het wezenlijke van Gods liefde, dat Hij niet handelt omdat we iets verdienen, maar omdat Hij barmhartig is en genadig. Je kunt Gods liefde niet verdienen, maar ook niet verspelen. Het is een liefde die zich in Gods hart bevindt, altijd is die liefde daar. God is liefde en Hij handelt uit liefde. Niets kan ons scheiden van Gods liefde, dus ook niet van Zijn verzoening. Wanneer we Gods liefde gaan beseffen, komt er rust en vrede in ons leven.

maandag 11 augustus 2014

Altijd zegen

Jeremia 17:7-8
‘Gezegend wie op de HEER vertrouwt, wiens toeverlaat de HEER is. Hij is als een boom geplant aan water, zijn wortels reiken tot in de rivier. Hij merkt de komst van de hitte niet op, zijn bladeren blijven altijd groen. Tijden van droogte deren hem niet, steeds weer draagt hij vrucht.’

Er zijn voor God maar twee soorten mensen, de ene die op de Heer vertrouwt en de ander die dat niet doet. Die ander vertrouwt op zichzelf of op wat anderen zeggen. Het gevolg is dat zo iemand met alle winden meewaait. Als het koud is, klaagt hij over de kou en als de hitte komt, over de hitte. Het is een boom die dan weer wat blad heeft, dan weer verdort. Maar degene die op de Heer vertrouwt is een gezegende. Hij leeft niet van de seizoenen en van de weersinvloeden, maar van Gods trouw. Wie Jezus als Heer heeft, is zo’n altijd groene boom. In Hem dragen we voortdurend vrucht en doorstaan we elke situatie. We merken de hitte niet, omdat we op Jezus letten. Hij is onze bron, niet de zon of de regen. Onze wortels gaan diep, geworteld in de liefde stroomt Gods kracht door ons heen. Onze vrede en vreugde zijn vruchten van het kennen van Hem. Gezegend hij, wiens toeverlaat de Heer is.

zondag 10 augustus 2014

Een glorieuze uitkomst

Romeinen 5:5
‘Deze hoop zal niet worden beschaamd, omdat Gods liefde in ons hart is uitgegoten door de heilige Geest, die ons gegeven is.’

Als er tijden van beproeving komen, zal er ook een tijd volgen van glorieuze uitkomst. Daar kun je zeker van zijn, zegt Paulus, want we hebben Gods liefde gekregen. Waar slaat dat op, zou je kunnen denken. Wat heeft het ene met het andere te maken? Alles. Wanneer je begrijpt dat je Gods liefde niet hebt gekregen vanwege je gedrag, maar omdat God van je houdt, dan komt de glorieuze uitkomst ook niet vanwege je gedrag, maar omdat God van je houdt. Als God je Zijn Geest heeft geschonken toen je nog een onwetend en zondig mens was, hoeveel te meer zal Hij je helpen nu je Zijn kind bent geworden. Beproevingen komen niet vanwege je gedrag, ze stoppen ook niet vanwege je gedrag. Beproevingen komen voor iedereen, maar de zegen die Gods kinderen hebben, is dat God de uitkomst heeft beloofd met heerlijkheid. Die hoop wordt niet beschaamd, omdat God ons Zijn liefde heeft geschonken en Zijn leven door de Heilige Geest. Ga je door een moeilijke tijd, wees er dan van verzekerd dat er een glorieuze toekomst wacht.

zaterdag 9 augustus 2014

Voedsel voor lichaam en ziel

Mattheüs 4:4
‘Maar Jezus gaf hem ten antwoord: ‘Er staat geschreven: 'De mens leeft niet van brood alleen, maar van ieder woord dat klinkt uit de mond van God.''

Jezus leert ons dat we niet alleen ons lichaam moeten verzorgen, maar ook onze ziel. Als we ons lichaam niet voeden, worden we ziek. Als we onze ziel niet voeden met de waarheid, gaan we de leugens geloven die de duivel ons influistert. Het gevolg is dat we ons schuldig en slecht gaan voelen en zelfs somber of depressief kunnen worden. Niet alleen brood, maar ook Gods Woord, dat hebben we nodig. Luisteren naar wat Jezus ons leert, maar vooral wat de Geest ons leert over het volbrachte werk van Jezus. Het onderwijs van Paulus over Gods genade is ons voedsel. Niet ieder woord uit de Bijbel is voor ons bestemd, of voor onze tijd. Elk woord wat onze aandacht richt op Gods liefde en genade is goed. Gevoed worden vanuit het nieuwe verbond leert ons het Vaderhart kennen. De waarheid is dat je geliefd bent en rechtvaardig, een nieuwe schepping die vrij is om voor God te leven. Geen veroordeling of aanklacht meer, maar bevestiging en bemoediging. Dat is wat onze ziel nodig heeft en wat God ons als voedsel aanreikt.

vrijdag 8 augustus 2014

Gods Geest doet het werk in jou

Galaten 3:3
‘Bent u werkelijk zo dwaas weer op uw eigen kracht te vertrouwen, en niet langer op de Geest?’

Gods Geest doet het werk in ons en niet onze inspanningen. Wij hebben Gods Geest niet onder controle en we voeren er ook geen heerschappij over. De enige manier om Gods Geest te laten werken is geloof. De rechtvaardige, en dat zijn we door Jezus geworden, leeft uit geloof. Gods Geest heeft ons overtuigt, dat alle zonden vergeven zijn en voorgoed weggedaan. Gods Geest leert ons wat Jezus heeft gedaan voor ons en wat de betekenis daarvan is. Gods Geest verheerlijkt Jezus. Gods Geest laat weten wat er in het hart van de Vader is en Gods Geest beschermt ons door het Woord in herinnering te brengen. Gods Geest praat met ons niet over onze fouten, maar alleen over Gods goedheid. Op de Geest moet je vertrouwen, niet op je eigen kracht of inzicht. Geloof dat God in je werkt en dat Hij weet wat Hij doet. Geloof dat Hij afmaakt wat Hij is begonnen en voed je met Gods beloftes.

donderdag 7 augustus 2014

Een gomer manna

Exodus 16:32
‘Mozes zeide: Dit is wat de HERE geboden heeft: vul er een gomer mee, om het voor de toekomende geslachten te bewaren, opdat zij het brood zien, dat Ik u in de woestijn te eten heb gegeven, toen Ik u uit het land Egypte leidde.’

In de ark moest een gomer manna worden bewaard voor de komende geslachten. Het was een herinnering aan de redding die God uit de hemel had gegeven. Het volk was gered en door de woestijn geleid en God was hun levensbron. Hij gaf water, voedsel, overwinning op de vijanden en genezing. De gomer met manna symboliseerde Gods genade. En hoewel het volk opstandig was en regelmatig rebelleerde, bleef God trouw aan Zijn belofte hen naar Kanaän te brengen. Ook wij hebben een herinneringsteken, het avondmaal. Brood en wijn vertellen ons dat God ons heeft verlost en dat Hij ons in grote trouw leidt door het leven. Door regelmatig stil te staan bij het volbrachte werk van Jezus, wordt ons hart gevoed met Gods liefde. We leven van Gods trouw en goedheid. Hij zegent ons uit genade, niet uit verdienste. Zelfs als wij ontrouw zijn, blijft Hij trouw, want Hij kan zichzelf niet verloochenen.

woensdag 6 augustus 2014

Uit God in Christus

1Corintiërs 1:30
‘Maar uit Hem is het, dat gij in Christus Jezus zijt, die ons van God is geworden: wijsheid, rechtvaardigheid, heiliging en verlossing,’

Twee waarheden worden hier benadrukt. Ten eerste dat het uit God is. Hij nam het initiatief, het is Zijn plan en Zijn werk. Ten tweede dat we in Christus zijn. Dat is onze nieuwe positie ten opzichte van God. Hij ziet ons aan in Christus. Dat wil zeggen, dat Christus ons geheel omhult. Wie naar ons wil kijken, ziet Jezus. Wie ons wil beschuldigen, ziet Jezus. Wie ons wil zegenen, ziet Jezus. Jezus is de norm en Hij is onze bekleding. En dat alles is uit God. Wie Jezus ziet, ziet wijsheid, rechtvaardigheid, heiliging en verlossing. Paulus schrijft aan de Colossenzen dat Jezus ons leven is. Beter kun je het niet zeggen. Omdat Jezus ons leven is, zijn we in een gezegende positie gebracht. En dat alles is uit God. Ook de rest van ons leven is uit God. Hij gaat door met ons besef te vernieuwen, van zondebesef naar genadebesef. Wanner je begrijpt wat je positie bij God is geworden door Hem, zal je rust vinden en vrede ervaren, zelfs wanneer je als mens voor je gevoel faalt of tekortschiet. Je blijft in Christus wijs, rechtvaardig, heilig en verlost.

dinsdag 5 augustus 2014

Jezus droeg jouw schuld en schaamte

Hebreeën 10:17
‘.. en hun zonden en ongerechtigheden zal Ik niet meer gedenken.’

Schuld en schaamte kunnen een mens een leven lang gevangen houden. Had ik maar .., of had ik maar niet.. En ook al is alles vergeven en betaald, toch blijven de herinneringen. Tegenover God heeft iedereen reden voor schuld en schaamte, maar de schuld is weggedaan en de schaamte is door Jezus gedragen aan het kruis. Open en bloot werd Hij bespot. Hij bleef zwijgen en vergeven, zelfs toen er gezegd werd: ‘Anderen heeft hij gered, zichzelf kan hij niet redden.’ Hij vergaf de hand die Hem sloeg, zingen we in een lied. Maar niet alleen vergaf Hij de hand die Hem sloeg, Hij zal er ook nooit meer aan denken. Ik weet niet of alles wat vergeven is, ook vergeten is. Bij mij niet in elk geval, maar zelfs al weet Jezus nog alles, Hij zal er nooit meer op terugkomen. Al onze zonden zijn vergeven en God zwijgt er verder over, Hij gedenkt ze niet meer. Er is geen dreiging van een oordeel dat ooit zal komen. Het oordeel is geweest op Golgotha. Daar heeft God Zijn liefde voor de wereld bewezen. Daar vond de verzoening plaats. Laat je niet langer aanklagen door schuld en schaamte, Jezus heeft dat van je weggenomen.

maandag 4 augustus 2014

De overwinnaar is Jezus

Genesis 32:29
‘Daarop vroeg Jakob: Zeg mij toch uw naam. Maar hij antwoordde: Waarom vraagt gij toch naar mijn naam? En hij zegende hem daar.’

Deze gebeurtenis in het leven van Jakob bracht de ommekeer. Hij ontmoette God, streed met Hem tot de morgen [hoe toepasselijk], en gaf zich over. Voortaan zou hij niet Jakob, maar Israël heten. Iemand die geworsteld had met God en mensen en had overwonnen. Hoe is toch uw naam? Paulus zou later zeggen: ‘Wie bent u Here?’ Het antwoord dat Jakob en Paulus krijgen is wonderbaar. Mijn naam is wonderbaar, Mijn naam is Jezus, Mijn naam is Redder, Ik ben, Vader. De worsteling van Jakob is symbolisch voor de worsteling die veel mensen hebben met God. We begrijpen veel dingen niet en willen het weten. Hoe zit dat toch? Wat is toch uw naam? Wie bent u nou eigenlijk? Gods antwoord is Jezus. Hij worstelde met God en mensen en overwon. Dat is Mijn naam, zegt God. Liefde is mijn naam, vergeving, zegen, leven. Wie zich gewonnen geeft, merkt dat het dag wordt. Een nieuwe werkelijkheid is aangebroken. Niet langer een worstelaar die op eigen kracht vertrouwt, maar een overwinnaar, die beseft dat de Ander voor hem heeft gestreden en strijdt.

zondag 3 augustus 2014

Het volmaakte is geschonken

Hebreeën 7:19
‘(immers de wet heeft in geen enkel opzicht het volmaakte gebracht) maar thans wordt een betere hoop gewekt, waardoor wij nader tot God komen.’

Er bestaat geen enkele wet die mensen dichter bij God brengt. Een wet verbiedt iets of verplicht je tot iets, bijvoorbeeld de verkeerswet verbiedt je links te rijden en verplicht je rechts te rijden. Die wet brengt je niet nader tot de regering die de wet heeft uitgevaardigd. Een wet regelt dingen en bestraft overtreders. De wet van Mozes was Gods middel om aan te geven hoe hoog Zijn standaard is en hoe onmogelijk het voor een zondaar is die standaard te bereiken. De wet bracht het volmaakte niet, namelijk dat de mens geen zondaar meer is, maar een heilig kind van God. Wat de wet niet kon, heeft Jezus voor ons gedaan. Hij is de vervulling van de wet en die wordt ons uit genade toegerekend. Gods liefde schenkt uit genade, niet uit verdienste. We zijn door Jezus in Gods tegenwoordigheid gebracht. We mogen daar vrijmoedig zijn en geen wet klaagt ons nog aan. We hebben een betere hoop, een betere toekomst en een betere zekerheid dat God ons zegent. Niet op grond van onze werken, maar op grond van Gods genade.

zaterdag 2 augustus 2014

Geloof in plaats van werken

Romeinen 3:27
‘Waar blijft het roemen dan? Het is uitgesloten. Door welke wet? Der werken? Neen, maar door de wet van geloof.’

Alle roem is uitgesloten, zijn de woorden uit een oud lied. Waarom is roemen uitgesloten? Omdat er niets te roemen valt. Niemand kan ook maar enige staat maken op roem, het is alles genade. God heeft alles gedaan en God doet alles. Er is werkelijk niets bij te dragen aan de verlossing en herschepping van de mens. Van zondaar tot zoon van God, het is uitgesloten dat wij daarbij kunnen helpen. Ons gedrag, onze wil, onze goede bedoelingen, ze hebben er geen enkel effect op. Gelukkig is er ook een andere kant, namelijk dat onze fouten en gebreken er ook geen invloed op hebben. Anders dan onder de wet van Mozes, vraagt God van ons geen goed gedrag, maar goed geloof. Goed gedrag is niet mogelijk, maar goed geloof wel. Niet dat wij door ons geloof iets voor elkaar kunnen krijgen, want dan zouden we toch kunnen roemen, maar ons geloof aanvaardt, dat we alleen ontvangers zijn. We ontvangen vergeving, verlossing, bevrijding, zegen en kracht om niet. Al Gods gunstbewijzen stromen een kant op, naar ons toe. Het enige wat voor ons overblijft is dat we God danken voor zijn overvloedige genade.

vrijdag 1 augustus 2014

De goede belijdenis

Hebreeën 4:14
‘Daar wij nu een grote hogepriester hebben, die de hemelen is doorgegaan, Jezus, de Zoon van God, laten wij aan die belijdenis vasthouden.’

Het oude verbond, gebaseerd op menselijke gerechtigheid, kon niemand redden. Het was een verbond met een vloek. Alleen door te offeren, kon Gods toorn worden afgewend. De hogepriester van het oude verbond was zelf ook een zondaar. Hij kon geen verzoening brengen voor wie dan ook. Maar het nieuwe verbond berust op Gods gerechtigheid. Het is een verbond met een zegen. Door een offer is er een eeuwige verzoening gekomen tussen God en mensen. De hogepriester Jezus offerde Zijn eigen bloed, eens voor altijd. Het is Zijn gerechtigheid die ons vrijpleit. Door Hem zijn we rechtvaardig en rein in Gods ogen. Die belijdenis moeten we vasthouden, wanneer we ons schuldig voelen, of worden aangeklaagd. We zijn voor eeuwig rechtvaardig en rein. Geliefde en gezegende kinderen van God.