vrijdag 8 januari 2021

Dankbaar vragen

Filippenzen 4:6-7  ‘Weest in geen ding bezorgd, maar laten bij alles uw wensen door gebed en smeking met dankzegging bekend worden bij God. En de vrede Gods, die alle verstand te boven gaat, zal uw harten en uw gedachten behoeden in Christus Jezus.’ 

Kleine kinderen weten al hoe goed bidden en smeken werkt. Ze jengelen om hun zin te krijgen en vaak gebeurt het ook zo. Jezus vertelt het verhaal van de onrechtvaardige rechter. Daar kwam een vrouw net zo lang zeuren tot hij haar eindelijk recht deed. Veel mensen denken dat het bij God ook zo werkt. Zodra er gebeden wordt, begint het vragen, zeuren, jengelen. Alsof God niet in ons geïnteresseerd is tot we lang genoeg hebben aangehouden. Is dat het beeld dat Jezus geeft van Zijn Vader? Moesten mensen bij Jezus net zo lang zeuren tot hij eindelijk reageerde? Nee, dat is niet het beeld van God. In de Bergrede zegt Jezus juist dat we niet zoveel woorden moeten gebruiken, omdat onze Vader toch wel weet wat we nodig hebben. Hij leert Zijn discipelen te danken en te aanbidden, omdat hun Vader in de hemel weet wat ze nodig hebben en het hen geeft, meer dan ze kunnen bidden of bedenken. Maar er staat toch gebed en smeking in de tekst? Ja, zo is het vertaald, maar er staat letterlijk breng je verzoek aan God over met dankbaarheid. Je weet immers al dat je meer zult krijgen dan je vraagt.