woensdag 29 februari 2012

Het recht van God

Spreuken 28:5
‘Een kwaadaardig mens begrijpt niets van het recht, wie de HEER zoekt, kan alles begrijpen.’

Het recht van God is gebaseerd op het verlossingswerk van Jezus. Midden in Gods recht staat het kruis. Daar werd rechtgesproken en het vonnis over zonde en dood voltrokken. Wie in Jezus niets van God kan zien, leeft in de duisternis en begrijpt niets van Gods recht. Het kruis wordt een dwaasheid genoemd en genade wordt afgewezen. Maar wie de Heer zoekt, zal Hem vinden en alles begrijpen. Hij zal steeds meer zien hoe geweldig groot Gods bewijs van liefde was voor zondaren, toen Jezus voor hen stierf. Hij zal steeds meer bevatten, dat er geen oordeel meer over zijn leven ligt, omdat Jezus dat heeft weggenomen. Hij zal steeds meer begrijpen, dat de zegeningen in zijn leven de vruchten zijn van wat Jezus heeft gedaan. Het recht van God is een heerlijk recht. Het geeft slaven van de zonde het recht om zonen en dochters van God te worden. Op basis van Gods recht verwachten we elke dag zegen, kracht en gezondheid, goed succes en voorspoed.

dinsdag 28 februari 2012

Wie de wet niet naleeft

Spreuken 28:4
‘Wie de wet niet naleeft, prijst de goddeloze, wie de wet in acht neemt, vecht tegen de wetteloze.’

De wet is gegeven om aan te tonen dat er niemand is die goed doet, zelfs niet een. Je kan proberen de wet na te leven, maar het lukt je nooit aan de eis van de wet te voldoen, namelijk God lief te hebben boven alles en dan ook nog je naaste als jezelf. De enige die de wet in acht heeft genomen, die de wet heeft vervuld, is Jezus. Dat deed Hij om ons te verlossen van de wetteloosheid. Hij vervulde de wet IN ons, leert de Bijbel. Daarmee sloeg Hij de duivel de mogelijkheid uit handen om ons nog langer aan te klagen. Er is geen aanklacht meer, omdat Christus ons Zijn gerechtigheid en Zijn vervulling van de wet heeft geschonken. In Hem zijn we heilig, rein en volmaakt. De wetteloze – de duivel – is verslagen. Dat gevecht hoeven wij niet dagelijks aan te gaan door te proberen ons toch aan de wet te houden. Nee, wij mogen vrede en rust vinden in het volbrachte werk van Jezus. Hij schrijft de wet van liefde in onze harten, namelijk dat Hij ons liefheeft.

maandag 27 februari 2012

Wie tot armoede vervallen is

Spreuken 28:3
‘Wie tot armoede vervallen is en de armen onderdrukt, is als regen die de oogst wegspoelt.’

Paulus legt uit dat Jezus arm is geworden om ons rijk te maken. Hij legt ook uit dat als we mild zaaien we ook mild zullen oogsten, als we karig zaaien dan oogsten we karig en als we helemaal niet zaaien – zoals de arme in de tekst doet – dan zullen we helemaal niet oogsten. Door niets te geven spoel je als het ware je eigen oogst weg. De rechtvaardige leeft uit geloof. Dat betekent ook dat hij begrijpt dat je van geven niet armer wordt, maar rijker. Het is Gods liefde waardoor deze wet blijft werken.

zondag 26 februari 2012

Een andere leider

Spreuken 28:2
‘Als een land in opstand komt, werpen velen zich op als leider, slechts iemand met kennis en inzicht zorgt voor blijvende rust.’

Vanaf Adam heerst de dood op aarde. De hele wereld zucht en is in nood. Geen mens kon verlossing brengen, totdat Jezus kwam. Hij versloeg de dood door daaruit op te staan na drie dagen. Hij heeft alle macht in hemel en op aarde. Hij vertegenwoordigt Gods liefde en wijsheid op aarde zoals in de hemel. Wie Hem als nieuwe leider aanneemt, is niet alleen verlost van ziekte, zonde en dood, maar ook gezegend met liefde, wijsheid en blijvende rust. Vele leiders zijn gekomen en gegaan op aarde, maar Jezus heerst voor eeuwig. Onder zijn heerschappij wordt iedereen vrij en gelukkig.

zaterdag 25 februari 2012

Een goddeloze vlucht

Spreuken 28:1
‘Een goddeloze vlucht, ook al is er niemand die hem achtervolgt, een rechtvaardige voelt zich zo veilig als een leeuw.’

Een goddeloze wordt hier vergeleken met een rechtvaardige. Het verschil is dat een goddeloze in angst leeft en een rechtvaardige niet. Angst beheerst veel mensen en de angst voor de dood is het sterkst. Jezus is gekomen om ons daarvan te verlossen. ‘Wie in Hem gelooft heeft eeuwig leven en komt niet in het oordeel. Hij is overgegaan uit de dood in het leven’, schrijft Johannes. Een rechtvaardige heeft Gods liefde leren kennen uit genade. God heeft ieder mens onvoorwaardelijk lief. Uit liefde kwam Jezus naar de aarde om ons te behouden en te bevrijden, ook van angst. In Hem zijn we zo veilig als een leeuw, of als een huis, of als een rots, of als Jezus zelf. Gods liefde verdrijft onze angsten. Hoe meer je zijn liefde gaat kennen, des te meer zal de angst uit je leven verdwijnen.

vrijdag 24 februari 2012

De geiten geven melk in overvloed

Spreuken 27:27
‘.. en voorzien je geiten je van melk in overvloed, voor jou, je huis en je slavinnen.’

De herder verzorgt zijn kudde, zorgt voor grazige weiden in de zomer en hooi in de winter. De rammen zorgen voor kleding en extra grond en de geiten geven melk in overvloed. Wat een prachtige samenwerking tussen de herder en zijn kudde. Moeten de geiten hun best doen om melk te geven? Nee, dat is het gevolg van de goede zorgen van de herder. Hoe beter de voeding, hoe beter de melk. De geiten kunnen niet anders dan vrucht dragen en de herder behagen. Terwijl ze goed verzorgd worden, komen ze tot hun volle bestemming. Zolang ze de zorg aan de herder overlaten, komt het goed. De kudde geniet en de herder evenzo. Wat een heerlijke vergelijking van hoe Jezus zich inzet om de gemeente te verzorgen, lief te hebben, te koesteren, te beschermen en te voeden, zodat Hij er met zijn hele huis optimaal van kan genieten.

donderdag 23 februari 2012

Jonge rammen en bokken

Spreuken 27:26
‘.. heb je jonge rammen voor je kleding, koop je met je bokken een stuk grond, ..’

Als er jongvee wordt geboren, is de herder benieuwd naar het geslacht. Vrouwtjesdieren zijn gewenst vanwege de melk en het nageslacht. Rammen en bokken daar zijn er veel minder van nodig, die worden verkocht of opgegeten. Van de huiden maak je nieuwe soepele kleding en van het geld koop je nieuwe grond. Elk dier heeft zijn betekenis en nut. Een goede herder is steeds bezig zijn kudde uit te breiden en te versterken. Elk dier levert zijn of haar bijdrage aan de vorming en verzorging van de kudde, evenals aan het leven en de gezondheid van de herder. Een prachtig beeld van de samenwerking tussen Jezus en zijn gemeente. Hij voedt en koestert haar en geniet van haar wanneer er vertrouwen is en de kudde de herder volgt, zonder te weten waar hij haar brengen zal.

woensdag 22 februari 2012

Als het eerste gras gemaaid is

Spreuken 27:25
‘Als het eerste gras gemaaid is en het nieuwe opschiet en je in de bergen hebt gehooid, ..’

Het werk van een herder is elk jaar hetzelfde. Hij is afhankelijk van de seizoenen, maar weet wat hem te doen staat. Het eerste gras is het meest voedzaam en prima geschikt om hooi van te maken voor de winter. Het nieuwe gras groeit snel omdat de voorjaarszon steeds sterker wordt. Het voorjaar en de zomer zijn prachtige seizoenen voor de herder. Er is volop voedsel en er worden nieuwe lammetjes geboren. Toch blijft de herder op de toekomst gericht. Hoe mooi het vandaag ook is, hij moet ook klaar zijn voor morgen. Hij leeft met verwachting, met oog voor wat er komt. Hij is realistisch en weet dat het niet altijd lente of zomer blijft. Maar terwijl hij bezig is te zorgen voor de toekomst, wandelt hij met zijn schapen en leren ze zijn stem kennen. Jezus wandelt met ons door dit leven, intussen maakt Hij alles gereed voor de toekomst.

dinsdag 21 februari 2012

Er is niet altijd overvloed

Spreuken 27:24
‘Er is niet altijd overvloed, en ook een kroon gaat niet altijd over op het volgende geslacht.’

Een boer of een herder leeft met de seizoenen. Hij weet dat er tijden zijn van veel gras en daarna van minder. Hij weet dat er stormen kunnen komen die een deel van de oogst vernielen. Hij weet dat sterke dieren zorgen voor sterk nageslacht. Hij zal steeds bezig zijn zich voor te bereiden op de komende situatie, goed of slecht, hij weet er mee om te gaan. Zo mogen wij ook leven in de wetenschap dat onze Herder de tijden kent en ervoor zorgt dat we sterk en gezond blijven, zodat we ook moeilijke tijden overleven. Volg de Herder en vertrouw erop dat Hij je ook door moeilijke tijden zal leiden naar grazige weiden met volop zegen en rust.

maandag 20 februari 2012

Zorg goed voor je kudde

Spreuken 27:23
‘Weet hoe het met je schapen en geiten gaat, zorg goed voor je kudde.’

Een herder die alleen maar loopt en op het pad let, wellicht ook op zijn hoede is voor wilde dieren, kan toch het belangrijkste vergeten, namelijk, hoe het met de kudde gaat. Voor een herder is de kudde het belangrijkst. Daar verdient hij de kost mee, daar eet hij van, daar voedt hij zijn gezin mee. Die kudde moet voor nageslacht zorgen, dat daarna ook weer voor sterk nageslacht moet zorgen. De herder moet dus verder kijken dan vandaag. Hij moet ook de toekomst al voor zich zien en dat zal hem motiveren goed voor zijn kudde te zorgen. Jezus is de Goede Herder die zijn leven inzet voor zijn schapen. Zijn kudde houdt Hij scherp in het oog. Hij kent ieder schaap bij name en heeft maar een verlangen, dat het ze allemaal goed gaat. Hij zet zich daar dag en nacht voor in.

zondag 19 februari 2012

Al leg je een dwaas in een vijzel

Spreuken 27:22
‘Al leg je een dwaas in een vijzel en stamp je hem tussen de graankorrels fijn, zijn dwaasheid stamp je er niet uit.’

Dwaasheid is net als onkruid, niet kwijt te raken. Dat is wat dit vers ons leert. De dwaasheid van een mens stopt pas bij zijn dood. En dat is precies wat God gedaan heeft. God heeft alle dwaasheid en alle dwazen naar het kruis van Jezus gebracht. Daar werd afgerekend met de dwaas en zijn dwaasheid. Met Christus ben ik gestorven, begraven en opgestaan. Uit God geboren met een nieuwe Geest in mijn binnenste, zodat ik als nieuwgeboren mens wijs kan zijn. We zijn van onze dwaasheid verlost door het sterven van Jezus. Hij heeft ons wijs gemaakt tot het kennen van God als onze liefhebbende Vader. En als we in die wijsheid tekort schieten, mogen we Hem erom vragen en Hij geeft het zonder verwijt. Ons denken wordt vernieuwd door de wijsheid van God te omarmen. In Christus zijn we bekleed en toegerust om wijs en verstandig te leven. Er komt geen vijzel of straf aan te pas. We veranderen van binnen uit, door Gods levendmakende Geest.

zaterdag 18 februari 2012

De toets van een mens

Spreuken 27:21
‘De smeltkroes toetst het zilver, de oven toetst het goud, de toets voor een mens is zijn faam.’

Zilver verwijst naar de prijs die Jezus betaalde voor ons leven en goud verwijst naar zijn heerlijkheid, zijn glans en Koninklijke waardigheid. De smeltkroes en de oven verwijzen naar het kruis, waar alle onzuiverheid van de zonde werd weggenomen. In het vuur van de strijd komt ons karakter naar boven. Wie zijn we als we onder druk komen te staan, hoe zijn we onder onrecht. Gelukkig hoeven we geen faam in de wereld op te bouwen, maar mogen we weten dat Jezus onze faam is. Hij heeft zich aan ons gelijkgesteld en heeft ons aan zich gelijkgesteld, we zijn voor God allemaal even waardevol. Maar het is wel mooi om te zien dat we vanuit dat besef steeds meer stressbestendig worden. Dat we net als bij zilver en goud in het vuur wel de onzuiverheden tevoorschijn zien komen, maar het tast onze kwaliteit niet aan. Sterker nog, in het vuur blijkt dat we ertegen bestand zijn door Jezus die ons liefheeft.

vrijdag 17 februari 2012

Nooit verzadigd

Spreuken 27:20
‘De afgrond van het dodenrijk raakt nooit verzadigd, en ook de ogen van een mens krijgen nooit genoeg.’

Hoeveel mensen zullen er al geboren en weer gestorven zijn op aarde? Het zijn er miljarden. De dood is gaan heersen op aarde sinds Adam Gods gebod overtrad. Alle mensen zijn daardoor in de slavernij van de zonde gekomen, met als eindpunt de dood. Maar Jezus heeft het ‘nooit genoeg’ van de dood gestopt. Hij is zelf de dood en het dodenrijk binnengegaan en heeft de sleutels van dat rijk afgenomen. Als het aan Jezus ligt, komt er niemand meer in het dodenrijk. Hij heeft die deur voorgoed gesloten voor wie in Hem geloven. Nu is de hemel de plaats waar we heengaan en het Vaderhuis de plek waar we mogen verblijven als we ons lichaam verlaten. De angst voor de dood heeft plaatsgemaakt voor het uitzien naar het Vaderhuis. Onze ogen zien veel en hebben nooit genoeg, maar het belangrijkste wat ze kunnen zien is Jezus, die in al Zijn glorie Zijn huis heeft opengesteld om voor eeuwig bij Hem te wonen.

donderdag 16 februari 2012

Wat zie je in de spiegel

Spreuken 27:19
‘Zoals water het gezicht weerspiegelt, zo weerspiegelt het hart de mens.’

Wij zijn van nature mensen van de buitenkant. Alles moet er goed uitzien, want dan hebben we het gevoel dat we OK zijn. We beoordelen onszelf en anderen door wat we zien. Maar God let op de binnenkant. Hij kent onze motieven, onze vragen, onze gedachten, onze zorgen en twijfels, maar ook onze wensen en verlangens. Hij ziet ons geloof en vertrouwen, Hij kent onze liefde. Hoe meer ons hart rust en vrede van God ervaart, hoe duidelijker dat aan de buitenkant zichtbaar wordt. Gods liefde en acceptatie, Zijn vrijspraak en vergeving zorgen voor rust aan de binnenkant. Hoe meer we vanuit ons veranderde hart leven, hoe mooier we aan de buitenkant zullen zijn. Niet door zichtbare uiterlijkheden, maar door het weerspiegelen van de liefde en het hart van God.

woensdag 15 februari 2012

Verzorging van de vijgenboom

Spreuken 27:18
‘Wie een vijgenboom met zorg omringt, zal zijn vruchten eten, wie zorg heeft voor zijn heer, wordt door hem gerespecteerd.’

Jezus vervloekte de vijgenboom die geen vrucht droeg. Daarmee gaf Hij aan dat Israël onvruchtbaar was geworden en onder een vloek leefde. In een andere gelijkenis vertelt Hij dat als er na extra inspanning nog geen vrucht komt, de boom zal worden omgehakt en verbrand. Dat zijn de feiten, zoals Jezus ze aantrof toen Hij op aarde was. Alles was onvruchtbaar voor de landman. Maar Jezus had zorg voor zijn Zender. Hij ging de vijgenboom die onvruchtbaar was – Israël en de wereld – niet vervloeken, maar nam zelf de vloek op zich. Hij werd zelf verteerd in het vuur van Gods oordeel, opdat wij veel vrucht zouden geven. Jezus omringt ons met veel zorg, zodat we overvloedig gaan vruchtdragen. Hij leeft voor zijn Gemeente en wil haar tot volle bloei brengen, om haar zo aan zijn Vader voor te stellen, prachtig, bloeiend en zonder gebrek.

dinsdag 14 februari 2012

Zoals men ijzer scherpt

Spreuken 27:17
‘Zoals men ijzer scherpt met ijzer, zo scherpt een mens zijn medemens.’

Als kind heb ik geleerd een zeis te wetten door met een wethamer de rand plat te slaan tot hij vlijmscherm was. Dan haalde je de strekel er nog een paar keer langs om de oneffenheden glad te strijken. Daarna kon je weer een poosje gras maaien. Als ijzer met ijzer wordt gescherpt, heb ik daarbij steeds het idee dat je daardoor nuttiger, bruikbaarder wordt, maar wat wordt er eigenlijk bedoeld met scherpen? Is dat elkaar plat slaan onder het mom van ‘dat is goed voor je’, of wordt er iets anders mee bedoeld? Zit God op harde werkers te wachten, of gaat het om ons hart? Ik vermoed het laatste. Ik lees in de brief van Paulus dat we elkaar moeten liefhebben, verdragen en vergeven, zoals Jezus dat ons heeft gedaan. Dat is wat mij betreft de toepassing van dit vers. Je mond houden als je gescholden wordt, niet dreigen als je lijdt, maar het overgeven aan je Vader, die je kent als geen ander en die je altijd blijft liefhebben. Hij zorgt voor je. Je hoeft je eigen rechten niet te verdedigen, dat doet Hij. Wij mogen leren liefhebben, zoals Hij ons liefheeft. We worden gescherpt in de liefde, dat is het.

maandag 13 februari 2012

Wind vangen of olie grijpen

Spreuken 27:16
‘Wie haar in toom probeert te houden, is als iemand die de wind wil vangen of olie denkt te grijpen.’

De toom is het stukje metaal in de bek [mond] van een paard met daaraan de leidsels. Met een heel klein beetje trekkracht is dat machtige dier te besturen. Maar als een paard echt niet wil luisteren, houdt ook een toom het niet in bedwang. Dan kun je net zo goed proberen wind te vangen of olie te grijpen. Als de ruziezoekende vrouw niet verandert wordt het gat dat ze slaat steeds groter, net als het gat in het lekkende dak. Alleen Gods liefde kan mensen intomen. Alleen genade maakt alles mogelijk. Probeer niet het onmogelijke te doen, maar laat het aan Gods liefde over te doen wat je zelf niet kan. Johannes schrijft dat hij Gods liefde heeft leren kennen en daarop vertrouwt. God brengt uitkomst, God verandert mensen, God houdt vol, waar wij opgeven. Van Hem is in alles onze verwachting.

zondag 12 februari 2012

Als een dak dat altijd lekt

Spreuken 27:15
‘Als een dak dat altijd lekt wanneer het regent, zo is een vrouw die steeds weer ruzie zoekt.’

Wat is de overeenkomst tussen een lekkend dak en een ruziezoekende vrouw? Je zou geneigd zijn te zeggen: ‘Je wilt er zo snel mogelijk vanaf.’ Een ding is zeker, ze voldoen beide niet aan de verwachtingen. Een dak moet beschermen tegen regen en een vrouw moet voor haar man een vreugde zijn. Ze hebben beide dringend herstel nodig, anders is het niet uit te houden. In het geestelijke is Jezus je bescherming, Hij beschermt je tegen de hitte van de zon en de koude van de nacht. De ruziënde vrouw heeft liefde nodig van haar man. Ze moet het gevoel krijgen dat ze geliefd en belangrijk is, want dat is ze ook. Jezus heeft de gemeente lief, dat is een voorbeeld voor alle mannen om hun vrouwen lief te hebben. Hoe meer liefde je geeft, des te minder ruzie zal er zijn.

zaterdag 11 februari 2012

Wie zijn buurman ‘s ochtends luid begroet

Spreuken 27:14
‘Wie zijn buurman ‘s ochtends luid begroet, wekt de indruk dat hij hem vervloeken wil.’

Deze spreuk heeft God niet laten opschrijven om de uitslapers nog wat rust te gunnen, het gaat hier om de hartsgesteldheid van de spreker. Goede woorden kunnen overkomen als een vloek, als iets waaraan je je kunt ergeren, wanneer de liefde ontbreekt. Iemand die ´s morgens al zo luidruchtig is, houdt weinig rekening met de gevoelens van anderen. De liefde is gericht op de ander. Liefde zoekt de ander te behagen, liefde acht de ander hoger dan zichzelf. Liefde weet het juiste moment en de juiste toon te kiezen. Liefde is weldadig, liefde is genieten. Dit soort liefde vind je bij God. Zo gaat Hij met ons om. Hij wint onze harten door Zijn liefdevolle woorden en zegent ons. Gods liefde is altijd lieflijk, welluidend, je voelt je er goed bij. Gods liefde bouwt je op, is een verademing temidden van het geroep en geschreeuw van deze wereld.

vrijdag 10 februari 2012

Borgstaan voor een lichtzinnig mens

Spreuken 27:13
‘Stond iemand borg voor een lichtzinnig mens, neem dan gerust zijn mantel, en verpand die maar aan een lichtzinnige vrouw.’

We gaan voorbij aan hoe dat vroeger in Israël werkte met het verpanden van mantels, maar kijken naar de prachtige geestelijke les uit dit vers. De lichtzinnige mens dat zijn we zelf, evenals de lichtzinnige vrouw een beeld is van de gemeente. Maar wie gaf nu zijn mantel om daar borg voor te staan? Wie was er zo ‘dwaas’ om dat te doen? Het antwoord is natuurlijk Jezus. Hij gaf zijn mantel als symbool van zijn volmaakte leven voor ons. Hij werd door de dwaasheid van het kruis onze borg en middelaar. Daarmee bewees Hij zijn liefde voor ons, lichtzinnige mensen. Die liefde gaf Hij zonder voorwaarden. Hij maakte zich bespottelijk om ons te verlossen van spot en hoon. Hij is nog steeds onze borg, Wanneer we worden aangeklaagd wegens onze lichtzinnigheid neemt Hij het voor ons op en spreekt ons vrij.

donderdag 9 februari 2012

Wie verstandig is

Spreuken 27:12
‘Wie verstandig is, ziet het gevaar en hoedt zich ervoor, wie onverstandig is, gaat eraan voorbij en wordt gestraft.’

In Nederland ligt de welvaart achter de dijken. Schiphol, de havens van Amsterdam en Rotterdam, het hele deltagebied van West-Nederland zou onder water verdwijnen zonder de beschermende dijken. Dat weten we en daarom verzorgen we onze bescherming uitstekend. In geestelijk opzicht zijn we ook uitstekend beschermd. In Christus hebben we een plaats gekregen die ons onaantastbaar maakt. Maar er is wel onderhoud nodig. Je moet niet alleen weten dat je veilig bent, maar ook hoe je in die veiligheid blijft. Het grootste gevaar is dat we gaan denken dat we niet meer veilig zijn. Dat we gaan twijfelen en onze verzekerdheid verliezen. Dat we angstig worden en bang en dan niet meer genieten van Gods vrede en veiligheid. Onze veiligheid is om te weten dat we in Christus veilig zijn. Niemand kan ons roven uit Zijn hand. Niets kan ons scheiden van Zijn liefde.

woensdag 8 februari 2012

Mijn zoon, wees wijs

Spreuken 27:11
‘Mijn zoon, wees wijs, dan geef je mij vreugde, en heb ik een weerwoord voor wie mij beschimpt.’

De duivel weet dat we als mensen onvolmaakt zijn en probeert ons daarom te beschuldigen. Maar God de Vader heeft ons de volmaaktheid van Christus geschonken – dat is Gods wijsheid – waardoor we niet meer te beschuldigen of te veroordelen zijn. Bij de Vader is nu onze Voorspraak, dat is Jezus. Hij pleit ons vrij door te verwijzen naar zijn volmaakte offer. Dat heeft ons eens voor altijd gereinigd en gerechtvaardigd. God de Vader heeft er bijzonder veel vreugde in, dat Hij nu een weerwoord heeft tegen de beschuldigingen van de boze. Hij wijst naar Jezus, het volmaakte Lam van God, dat de zonde van de wereld heeft gedragen. Telkens als de boze ons aanklaagt, wijst hij naar een van onze fouten. Maar telkens wijst de Vader dan naar Jezus, de wijsheid en de liefde van God. Het volmaakte antwoord tegen elke beschimping.

dinsdag 7 februari 2012

Een vriend in de buurt

Spreuken 27:10b
‘Een vriend in de buurt is beter dan een broer ver weg.’

Een vriend in de buurt is dubbel fijn. Als het nodig is, ben je zo bij elkaar. Tegenwoordig speelt afstand steeds minder een rol. Je kunt elkaar bellen en mailen en zelfs volgen op je computer of smartphone. Maar toch, even bij elkaar zijn is anders dan even chatten of sms-en. En een foto of filmpje kan een ontmoeting niet vervangen. Ook in onze relatie met Jezus is het fijner om bij elkaar te zijn, dan alleen contact te hebben via gebed of de bijbel of zo. Jezus zegt: ‘Ik ben altijd bij je.’ Je hoeft Hem niet te zoeken, Hij is er gewoon. Hij weet wat je denkt en voelt en is vertrouwd met heel je leven. Je hoeft Hem niets uit te leggen, Hij weet het al. Heerlijk zo’n vriend in je nabijheid. Maar besef je wel dat Jezus er ook van geniet dat wij in Zijn nabijheid zijn? Vriendschap komt van twee kanten. Over en weer wordt er naar elkaar uitgekeken en het is heel vertrouwd als je weer contact hebt met elkaar. Je kan met Jezus spreken alsof Hij naast je loopt, of bij je zit. Hij brengt je op gedachten en helpt je met oplossingen die je zelf nooit zou bedenken. Jezus, Hij is niet een broer ver weg, maar een vriend dichtbij.

maandag 6 februari 2012

Houd een vriend in ere

Spreuken 27:10a
‘Houd een vriend in ere, ook die van je vader, ga niet naar je broer als je problemen hebt;’

Mijn ouders ontmoetten regelmatig hun vrienden, ze steunden elkaar door dik en dun. Pas later ontdekte ik dat die vriendschappen met de oorlog hadden te maken. Toen was gebleken wat je aan elkaar had. Het ging over leven en dood. Als het nodig was, kon je op ze rekenen. Die vriendschappen zijn tot aan hun dood blijven bestaan. Soms kwamen er broers op visite, dat was toch anders. Vrienden zoek je uit, broers heb je ongevraagd gekregen. Ook in het geloof is dat zo. Je bent elkaars broer en zus, daar kan je niets aan veranderen. Maar je kan niet allemaal elkaars vrienden zijn. Jezus had enkele van zijn discipelen, die meer privileges hadden dan de rest. Ze kwamen dichterbij en Jezus deelde zijn gevoelens en gedachten met hen. Petrus, Johannes en Jacobus zijn erbij geweest toen Jezus het meest angstig was en ook toen Hij werd verheerlijkt. Broederschap is mooi, maar vriendschappen gaan dieper. Jezus is zowel broer als vriend, beter kan niet.

zondag 5 februari 2012

De geur van balsem en wierook

Spreuken 27:9
‘De geur van balsem en wierook maakt gelukkig, maar zoeter voor het hart is ware vriendschap.’

Lekkere luchtjes verkopen goed. Je kunt er van alles mee bedekken. Als je lekker ruikt, maak je een verzorgde indruk. Maar die luchtjes, hoe duur en lekker ook, vervliegen tot niets. Wat er dan overblijft is de werkelijkheid. Ook in de Bijbel is sprake van een lieflijke geur. Op het reukaltaar werd die voor God gemaakt. Dwars door het voorhangsel drong de geur van Christus het Heilige der heiligen binnen. Daar was Gods troon, voor Hem was die geur. Maar die geur wees heen naar Jezus, naar de werkelijke lieflijkheid. Hij is Gods vreugde, Hij is zoeter dan balsem en wierook, de ware vriendschap voor het hart.

zaterdag 4 februari 2012

Een man die wegvlucht van zijn huis

Spreuken 27:8
‘Een man die wegvlucht van zijn huis is als een vogel die zijn nest ontvlucht.’

Waarom zou een man wegvluchten van zijn huis? Waarschijnlijk omdat hij de situatie daar wil ontvluchten. Hij ziet geen oplossing meer. Misschien denkt hij dat het zijn vrouw is, die de problemen in zijn hoofd veroorzaakt. Misschien zijn het geldzorgen, of is hij bedrogen. Maar wegvluchten is geen oplossing, het is een vlucht. Elia vluchtte voor Izebel, David vluchtte voor Absalom, Hagar vluchtte voor Sara. Maar in alle gevallen werden ze door God opgezocht en moesten ze terug. Vluchten is geen oplossing, het vergroot je problemen, je komt dieper in de zorgen. Maar in dat alles is er wel een overwinning te behalen met Gods hulp. Niet vluchten voor je problemen, maar ze aanpakken. Niet weglopen voor je reus maar hem verslaan. Dat is wat Jezus deed met de zonde en de dood op deze aarde. En kijk wat een heerlijke toekomst er nu is. Het kostte Hem alles, maar wat een overwinning. Het is nooit te laat om terug te gaan en jezelf en je problemen aan te pakken. Wees ervan verzekerd dat God voor je is en je helpt. De uitkomst staat vast.

vrijdag 3 februari 2012

Wie genoeg te eten heeft

Spreuken 27:7
‘Wie genoeg te eten heeft, veracht de zoetste honing, voor wie honger heeft, is al het bittere zoet.’

God heeft ons lichaam zo gemaakt, dat we het gevoel van honger en dorst kennen. Hoe sterker die gevoelens, hoe minder kieskeurig we worden. Honger kan zelfs rauwe bonen zoet maken. Jezus noemt de mensen zalig, die hongeren en dorsten naar God. Ze zullen verzadigd worden. Jezus noemt zichzelf het levende brood en het levende water. Alles wat buiten Hem om verzadigt, werkt maar tijdelijk, het leeft niet. Het geeft weer nieuwe honger en dorst. Sommige mensen willen zich pas naar God keren, als al het andere is uitgewerkt. De wereld heeft aantrekkingskracht en geeft een tijdelijke verzadiging, maar de zoetste honing vind je bij God. Zijn liefde en genade zijn niet te versmaden. Het is beschikbaar voor iedereen en zonder verwijt.

donderdag 2 februari 2012

Een verwijt of een kus

Spreuken 27:6
‘Het verwijt van een vriend is oprecht, de kus van een vijand al te hartelijk.’

Een verwijt of een kus zijn uitingen van de een naar de ander. We krijgen liever een kus dan een verwijt, maar God leert ons hier, dat niet de kus of het verwijt belangrijk zijn, maar door wie ze worden gegeven. Welke motieven liggen eraan ten grondslag, dat is de vraag. Wil iemand je van een dwaalweg terughalen, of wil iemand je voor de gek houden. Hoe goed kennen we elkaar? Een oprecht verwijt is waardevoller dan een ongemeende kus. Daar gaat het om. Als de bedoeling achter het verwijt is, dat je weer in een positie van zegen komt, kun je dankbaar zijn. Een welgemeende, oprechte terechtwijzing is zelfs heel kostbaar. Laten we niet teveel op uiterlijkheden reageren, maar vooral letten op de persoon erachter. God is liefde, maar Hij kan ons ook terechtwijzen, zodat we zijn volle zegen ontvangen. Ik krijg liever een verwijt van God, dan een kus van de duivel.

woensdag 1 februari 2012

Een openlijke terechtwijzing

Spreuken 27:5
‘Beter dat je openlijk terechtgewezen wordt dan dat je uit liefde wordt gespaard.’

Zachte heelmeesters maken stinkende wonden, zegt het spreekwoord. Soms moet je radicaal ingrijpen om erger te voorkomen. Dat kan op het moment dat het gebeurt pijnlijk zijn, maar het gevolg is, dat het kwaad wordt gestopt. Ook openlijk ingrijpen kan een uiting van liefde zijn. Het kan je beschermen tegen het voortwoekeren van iets kwaads. Het is niet makkelijk te doorgronden, wat iemand motieven zijn om in te grijpen, maar wie zich geliefd weet, kan het hebben. Dat is de basis voor alles, je geliefd weten. Daardoor kun je zelfs openlijke terechtwijzingen, terecht of onterecht, verdragen. God wijst alle mensen openlijk terecht met de woorden: ‘Niemand is rechtvaardig, zelfs niet een.’ Maar daarna geeft Hij meteen de oplossing: Hij schenkt ons uit genade Zijn eigen rechtvaardigheid. We mogen leven uit genade, daarbuiten moeten we terechtgewezen worden, anders belanden we in de armen van zonde en dood.