zaterdag 30 juni 2012

Vruchten van haar werk

Spreuken 31:31
“Moge zij de vruchten plukken van haar werk, mogen haar daden worden geprezen in de poorten.”

Vandaag het laatste vers uit Spreuken en daarmee ook de afsluiting van het loflied op de Gemeente uit het laatste hoofdstuk. Zij is zo uniek in haar wezen, zo innerlijk verbonden met Jezus haar man, dat ze er zelf ook door gezegend wordt. Ook voor haar geldt: wat je zaait, zul je oogsten. De werken van Jezus die door haar gedaan en in haar gezien worden, maken haar bekend en beroemd. Ze leert de vreugde kennen van het geven. De stromen van levend water uit haar binnenste, voeden ook haar eigen hart. Ze wordt geprezen in de poorten, de plaats waar mensen in- of uitgaan. Als de Gemeente gaat beseffen wie ze is en waartoe ze bestaat, dan zal het leven in haar naar buiten komen en alles aanraken en gezond maken. De liefde van God de Vader, de ontferming van Jezus Christus, samen met de opstandingskracht van de Heilige Geest maken haar uniek en onovertroffen in de wereld. En daar mag je bij horen en deel aan hebben, wat een wonder van genade.

vrijdag 29 juni 2012

Blijvende schoonheid

Spreuken 31:30
“Charme is bedrieglijk en schoonheid vergaat, maar een vrouw met ontzag voor de HEER moet worden geprezen.”

Vroeger had ik een godsdienstleraar die ons het volgende rijmpje leerde: ‘Wie een wijf trouwt om het lijf, verliest het lijf en houdt het wijf.’ Daarmee gaf hij aan dat karakter duurzamer is dan schoonheid. Een vrouw met ontzag voor de Heer is een kostbaar geschenk. Een man die haar vindt is rijk gezegend. De Here Jezus heeft die vrouw gevonden en Hij geeft haar zoveel liefde, dat zij mooier en mooier wordt. Ze gaat beseffen dat ze mooi is en gaat ervan genieten. Eerst zei ze steeds: ‘Ik ben vuil, ik ben onrein’, maar de Heer heeft haar overtuigd van het tegendeel. ‘Je bent schoon, mijn liefste, je bent schoon. Schoner dan alle vrouwen.’ Besef je wel dat de Heer zo naar jou kijkt en zo tegen je spreekt? Kijk niet naar wat je waarneemt of voelt, maar geniet van het feit dat Jezus je de allermooiste vindt en dat is ook zo.

donderdag 28 juni 2012

De sterkste vrouw

Spreuken 31:29
‘Er zijn veel sterke vrouwen, maar jij overtreft ze allemaal.’

Wat een prachtig compliment krijgt de Gemeente hier van Jezus. Want zij is de vrouw die alle anderen overtreft. Onder druk houdt ze stand. Ze ziet de kracht en de liefde van haar echtgenoot en weet zich veilig. Door alle eeuwen heen is ze de hoop voor de wereld. Er is geen andere organisatie op aarde die zoveel heeft geleden onder vervolging en die toch zoveel goed werk heeft gedaan. Alle pijlen van de boze richten zich op haar, omdat ze van Jezus is. Maar bij alle plaatsen op aarde, waar zegen tevoorschijn komt, is een verbinding met de Gemeente. Door haar wordt de aarde gezegend, door haar is er ontferming en bewogenheid. Door haar is er hoop. En natuurlijk komt dat omdat Jezus haar hoofd en haar bron is, zonder Hem was zij er niet. Maar door Hem bezit ze het vermogen om alle anderen te overtreffen in sterkte en vooral liefde.

woensdag 27 juni 2012

Haar kinderen prijzen haar

Spreuken 31:28
“Haar kinderen prijzen haar, haar man bejubelt haar:”

De kinderen van God vormen met elkaar de Gemeente van Christus. Steeds meer mogen we gaan begrijpen dat de Gemeente niet zomaar een woordje is, maar een middel dat God gebruiken wil om de wereld iets te laten zien van Zijn veelkleurige wijsheid, dat is Jezus. Als de Gemeente het lichaam is van Christus, dan zal Hij zich in haar manifesteren. De gemeente mag laten zien aan de wereld wat het hart van God is en hoe groot zijn kracht is aan hen die geloven. Dat je deel mag uitmaken van de Gemeente is een voorrecht, daar mag je over jubelen. De Gemeente moet niet worden verward met de kerk. Veel kerken lijken in de verste verte niet op de Gemeente zoals God haar ziet. Maar de vrouw waarover haar man jubelt en waarover de kinderen blij zijn, bestaat uit kinderen van God, die functioneren in eenheid en liefde en in de volle overtuiging dat Jezus het hoofd is en de bron waaruit alle leven voortkomt. Er is geen veroordeling, maar bemoediging, geen zondebesef, maar genadebesef. Wat een prachtvrouw heeft Jezus gevonden en gevormd.

dinsdag 26 juni 2012

Ze waakt over haar huishouding

Spreuken 31:27
“Ze waakt over haar huishouding, nietsdoen is haar onbekend.”

Waakzaam zijn is niet verkeerd. De boze gaat rond en probeert de rust te verstoren. Maar Gods huishouding is in orde, Zijn gezin is stabiel. Met Jezus aan het hoofd, heeft de duivel geen schijn van kans. De huisvrouw zit niet stil, maar wandelt in geloof en biedt weerstand aan de verleidingen van de boze. Ze helpt in een Geest van zachtmoedigheid iedereen terecht die is gestruikeld en wijst voortdurend op Jezus. Hij is de kracht en de wijsheid van de Gemeente. Hij is de bron waaruit alles voortvloeit. Hij zorgt voor rust en veiligheid. De perfecte samenwerking tussen Jezus en de Gemeente zorgt ervoor dat iedereen die wordt toegevoegd veilig kan opgroeien. Wonden kunnen helen en wat geroofd was wordt vergoed en hersteld. Er is geen betere plek dan in Gods gezin te leven. Ook David roemt daarin, in Psalm 23, dat hij altijd in Gods huis zal mogen verblijven, voor eeuwig.

maandag 25 juni 2012

Wijze woorden en liefdevolle lessen

Spreuken 31:26
“Ze spreekt wijze woorden, wat ze zegt, zijn liefdevolle lessen.”

De Bruid van Christus, de Gemeente, is de ideale vrouw. Door haar huwelijk met Christus is ze in eenheid met Hem verbonden. Hij koestert haar, heeft haar lief en leert haar wat Zijn liefde voor haar inhoudt. Daardoor trekt Hij haar naar zich toe en verandert zij van heerlijkheid naar heerlijkheid. Zo wordt zij vervuld met wijsheid en liefde. Als ze spreekt, spreekt ze over Jezus en alles wat ze van Hem heeft geleerd. Alles wat ze doorgeeft heeft de adem van Jezus en is vol wijze lessen. Elke wedergeboren christen maakt deel uit van deze prachtige vrouw. Hoe meer we gericht zijn op de volmaakte liefde en acceptatie van Jezus, des te meer zullen we gaan lijken op deze wijze en liefdevolle vrouw.

zondag 24 juni 2012

Kracht en waardigheid

Spreuken 31:25
“Uit haar verschijning spreken kracht en waardigheid, de dag van morgen ziet ze lachend tegemoet.”

Kracht en waardigheid, kom er maar eens om en toch ziet God dit in de Gemeente. Geen menselijke kracht, maar de kracht van Gods Geest heeft God haar geschonken. De opstandingskracht van Jezus is uitgestort in Zijn Bruid. En ook de waardigheid is geen menselijke, maar een goddelijke, het is de waardigheid die Jezus heeft ontvangen na zijn opstanding. Die waardigheid deelt Hij met Zijn geliefde gemeente. De duivel probeert ons wijs te maken dat we onwaardig zijn en krachteloos en misschien voel je jezelf ook wel eens zo, maar de waarheid is dat we de dag van morgen lachend tegemoet kunnen zien, want onze kracht en waardigheid hebben we ontvangen van en in Christus. Volkomen zeker dus.

zaterdag 23 juni 2012

Kleding en gordels

Spreuken 31:24
“Zij vervaardigt kleding en gordels, en levert die aan kooplui.”

De jubel over de Gemeente, de vrouw van Christus, gaat door. Ze is niet alleen zelf bekleed met gerechtigheid en schoonheid, maar deelt ook uit. De Gemeente bestaat uit alle uit God geboren gelovigen, mensen die de betekenis kennen van Gods liefde, in en door Jezus geopenbaard. De Gemeente is als een boom die aan het water is geplant, ze groeit en produceert. De Gemeente voorziet de kooplieden van kleding en gordels. Dat wil zeggen dat uit haar mensen de wereld intrekken om anderen het goede nieuws te vertellen. Ze komen met Gods oplossing voor het zondeprobleem en alles wat daaruit voortvloeit. Ze komen met Gods gerechtigheid als bedekking, een prachtig kleed. En ze komen met een gordel om de kleding op zijn plaats te houden, dat is Gods woord. Gods onveranderlijke woord bevestigt je nieuwe positie bij God. Niets kan je meer van Zijn liefde [Jezus] scheiden.

vrijdag 22 juni 2012

In de poort

Spreuken 31:23
“Haar man geniet bekendheid in de stad, hij vergadert met de oudsten in de poort.”

De poort van de stad is de plaats waar de rechtspraak plaatsvindt. Daar wordt bepaald wie er binnen mag komen of buiten blijft staan. Het is de strategische plaats waar Jezus de dienst uitmaakt. Hij heeft alle schuld van de wereld op zich genomen en ervoor betaald. Maar wie dat genadegeschenk niet aanvaarden wil, wie toch liever zelf zijn leven op orde wil brengen voor God [wat onmogelijk is], die wordt de toegang geweigerd. Alleen degenen die beseffen dat genade hun redding is, krijgen vrijmoedig toegang tot de stad van de levende God. Er is geen andere toegang dan door de poort van genade te gaan. In de stad mag je wonen en luisteren en veranderen door de woorden van Jezus. Hij legt je uit, samen met de oudsten, dat je God niet behaagt door je inspanningen, maar door je geloof in Jezus. Hoe beter je Hem kent, des te meer zul je veranderen van binnen naar buiten.

donderdag 21 juni 2012

Linnen en purperen wol

Spreuken 31:22
“Ze maakt de mooiste dekens, ze gaat gekleed in linnen en purperen wol.”

Wat een prachtige beschrijving van de Bruid van Christus, de ideale vrouw in Gods ogen. In de tabernakel werden kleden gebruikt van stoffen en met kleuren die allemaal verwezen naar Jezus. Hier zien we hetzelfde. Ze gaat gekleed in linnen, wat spreekt van onberispelijke reinheid en schoonheid – linnen is het product van gegeseld en over de hekel gehaald vlas. Het spreekt van Jezus die zijn lichaam gaf om ons rein en zuiver te maken. Naast het linnen is er de purperen wol. Wol verwijst naar het lam en purper, de Koningskleur rood, verwijst naar het bloed van het Lam. Alles aan deze Bruid getuigt van de grote liefde die Jezus voor haar heeft. Zij is Zijn alles, Zijn lieveling, Zijn oogappel. Je mag je koesteren in Zijn liefde en weten dat je bekleed bent met volmaakte schoonheid, reinheid en gerechtigheid.

woensdag 20 juni 2012

Altijd warm gekleed

Spreuken 31:21
“Niemand in haar huis hoeft sneeuw te vrezen, zij heeft hen allen warm gekleed.”

Ik herinner me de ijsbloemen op de ruiten als het in de winter had gevroren. Als kind vond ik dat prachtig en fascinerend. Ik begreep niet hoe dat kon, zulke mooie figuren op een gladde ruit van glas. De ‘rookwolkjes’ van je adem waren het bewijs dat het echt koud was op je kamer. Je durfde je bed niet uit omdat je dan je voeten op het bevroren zeil moest zetten en beneden waar de kachel stond, kon het ook nog niet warm zijn, want de kachel was ’s morgens bijna uit en soms helemaal. Ik moet er aan denken als ik lees over het verwarmde huis van deze prachtige vrouw. Niemand hoeft het koud te hebben, allen zijn goed gekleed en warm. De warmte van God huis neem je mee naar buiten. Overal waar je komt kunnen mensen aan je merken hoe goed je bekleed bent. Je hebt niets te vrezen. Hoe koud het ook om je heen kan zijn, van binnen ben je warm en die warmte geef je door. Wie je meeneemt in Gods huis wordt ook bekleed. Je maakt deel uit van Gods warmtebron voor de wereld, de Gemeente van Jezus Christus.

dinsdag 19 juni 2012

Haar handen strekt zij uit

Spreuken 31:20
“Haar handen strekt zij uit naar de behoeftigen, ze geeft de armen hulp.”

God weerstaat de hoogmoedigen, maar de nederigen schenkt Hij genade. God is een ontfermer. Toen Adam en Eva gegeten hadden van de verboden boom, kwam God zich over hen ontfermen. Hij kwam ze bedekken met dierenhuiden. Hij slachtte een offerlam om de zonden van de wereld weg te nemen, zodat Hij ze niet hoeft te gedenken. Dat is de hulp die God wil bieden. Een eeuwige oplossing, zodat we onbelemmerd kunnen leven in overvloedige genade. De gemeente gaat daarin voorop. Zij is als eerste verlost en heeft het begrepen. Zij is zo aangeraakt door de liefde van de Vader en de Zoon, dat ze haar handen uitstrekt naar de behoeftigen. Zij helpt de gebrokenen van hart, zoals ze zelf is geholpen. Jezus doet zijn werken door middel van de gemeente, die zijn lichaam is. Als je vandaag iemand tegenkomt die gebukt gaat onder gevoelens van schuld en schaamte, vertel ze dan van de liefde en genade van God. Onverdiende gunst, omdat Jezus alles heeft voldaan. Wees als God voor hen en ruk ze uit het vuur, zoals God dat ook met jou heeft gedaan.

maandag 18 juni 2012

Haar handen spinnen en weven

Spreuken 31:19
“Haar handen zijn voortdurend aan het spinrok, ze houdt altijd de weefspoel vast.”

De Gemeente van Jezus Christus is een sterke vrouw. Spinnen en weven zijn activiteiten om kleding te maken of te herstellen. Ze verwijzen naar de bedekking waarmee Jezus haar heeft bekleed, namelijk Zijn gerechtigheid. Het zijn de klederen des heils die zij voortdurend in orde wil hebben. Mochten er gaten in vallen – mochten mensen zich weer onder veroordeling voelen – dan weeft ze tot alles weer bedekt is. De gemeente is bezig zich te bekleden met Gods heil. Hoe meer we daarmee bezig zijn, hoe meer we ermee bedekt worden in onze gedachten. In de geest zijn we volledig bedekt, maar in ons gedachteleven mag nog wel wat vernieuwd worden. De bruid van Christus, bezig met spinnen en weven, bezig met de klederen des heils, geeft vreugde aan de Heer. Hij geniet ervan als we vreugde vinden in wat Hij ons heeft geschonken uit genade.

zondag 17 juni 2012

Handeldrijven in de nacht

Spreuken 31:18
“Handeldrijven gaat haar heel goed af, ‘s nachts gaat haar lamp niet uit.”

Handeldrijven verwijst geestelijk naar de pogingen van de duivel om ons weer in bezit te krijgen. Jezus heeft ons gekocht en betaald, we zijn voor eeuwig van Hem. Maar er zijn meer mensen die verlost moeten worden uit de leugens van veroordeling en zondestrijd. Ook die moeten gevonden worden. Hoe duister het ook gemaakt kan worden door de boze, het licht van Gods genade kan niet doven. In de diepste nacht gaat haar lamp niet uit. De gemeente van Jezus Christus kan niet overweldigd worden door de duisternis. Hoe meer we als gemeente en als individuele gelovige doordrongen zijn van onze hemelse autoriteit, hoe beter het handeldrijven ons zal afgaan. Het hart van Jezus klopt in ons en zet ons aan om mensen te vertellen over Gods liefde en verzoening. De prijs is al betaald en de duisternis zal steeds meer verdrongen worden door het licht.

zaterdag 16 juni 2012

Ze is vol daadkracht

Spreuken 31:17
“Zij is vol daadkracht, onvermoeibaar is ze in de weer.”

Moeheid en matheid zijn kenmerken van het vlees. Zonder de kracht van Gods liefde en goedkeuring houden we het leven niet vol. Maar Jezus is bezig Zijn bruid te vernieuwen met kracht. Die kracht komt tot ons door geloof. Wie de Heer verwachten, putten nieuwe kracht, schrijft Jesaja. Dat is het geheim. Als gelovigen verwachten we het van de Heer. Hij zal voorzien en Hij zal helpen. Hij rust ons toe en dan zal niets ons ontbreken. Zo kunnen we onvermoeibaar verder. Het oog gericht op Jezus en zijn volbrachte werk. De geloofskracht is niet te breken. De duivel probeert ons in de war te brengen door symptomen die we zien en ervaren, maar we staan krachtig in de genade en in de waarheid van Gods woord. Zo kunnen we altijd verder met het openbaren van Gods liefde en genade. Onvermoeibaar, omdat God de moede kracht geeft. Jezus heeft voorzien in alles wat we nodig hebben en nog meer.

vrijdag 15 juni 2012

Doen wat Jezus doet

Spreuken 31:16
“Als zij haar zinnen op een akker zet, koopt ze hem, van wat ze heeft verdiend, plant ze een wijngaard.”

Een akker kopen en een wijngaard planten zijn dingen die bij Jezus horen. Hij heeft de schat in de akker gezien en gekocht [de gemeente]. Hij heeft een wijngaard, waarvoor Hij arbeiders zoekt. Hij wil Zijn gebied vergroten en versterken. Hij zoekt en vindt en voegt mensen toe aan de Gemeente die Zijn lichaam is. Je ziet hier een perfecte samenwerking tussen Jezus en Zijn Gemeente. Volkomen een geworden, doen ze samen het werk. Jezus doet Zijn werken door middel van de Gemeente op aarde. De Gemeente doet de werken die Jezus deed en grotere dan deze. Zoals Hij is, zijn ook wij in deze wereld, schrijft Johannes. Wat heerlijk als je als gemeente mag gaan begrijpen wat een hemelse roeping en bestemming je hebt op aarde. De wijngaard breidt zich uit en zal de hele aarde vervullen. Daar geloven we in, daar ziet de hele schepping reikhalzend naar uit. Steeds meer en meer zal de kracht van Gods koninkrijk [Gods liefde] zichtbaar worden in de Gemeente en de aarde veranderen in glorie.

donderdag 14 juni 2012

Ze staat al op als het nog donker is

Spreuken 31:15
“Ze staat al op als het nog donker is, regelt het werk in huis, draagt haar slavinnen taken op.”

Wat een heerlijke vrouw moet dat zijn, die zo toegewijd en doelgericht haar man behaagt. Wat zal die echtgenoot trots zijn dat zij alles zo geweldig voor elkaar heeft en precies weet wat er moet gebeuren om succesvol te zijn. Toch kan dit beeld van toewijding en zorg verkeerd uitvallen als er geen liefde in het spel is. Als de motivatie liefde is, dan is dit gedrag de vrucht ervan. Maar als de liefde ontbreekt, blijft er alleen hard werken over, zonder betekenis. Alles draait om het ontvangen en geven van liefde, dan is alles wat je doet waardevol. Maar als de liefde, de bron [Jezus] ontbreekt, dan is elk zwoegen tevergeefs. Tevergeefs dat je vroeg opstaat, zegt de Psalm, de Heer geeft het immers zijn beminden in de slaap. Dat wil zeggen, dat Hij alles schenkt zonder onze inspanning. Zijn liefde voor Zijn gemeente, brengt de gemeente in beweging. Ook persoonlijk. Eerst moet je Zijn liefde ontvangen, daarna komt de verandering in denken en doen en ga je leven uit Zijn liefde en leef je alleen voor Hem.

woensdag 13 juni 2012

Bereid ver te gaan

Spreuken 31:14
“Zoals een koopmansschip naar verre streken vaart, zo haalt zij van verre wat ze nodig heeft.”

De koopman is Jezus, Hij kocht ons vrij en betaalde met zijn eigen bloed. De koopmansvrouw is de Gemeente. Zij is van verre gehaald door de Koopman en nu is zij bereid voor Jezus ver te gaan. Liefde is bereid ver te gaan, tot het uiterste. De eerste die Zijn liefde gaf was Jezus, maar degenen die door Zijn liefde worden aangeraakt, veranderen naar datzelfde beeld. Zij worden ook bereid ver te gaan. Je komt ze over de hele wereld tegen, de liefdemensen van Jezus die voor Hem bereid zijn tot het uiterste te gaan om op te halen wat verloren was. Om te redden wat er te redden valt. Om mensen te vinden die bij Jezus kunnen worden gebracht, zodat ze weer gaan leven en genieten. De liefde van Christus wordt weerspiegelt in degenen die Hij liefheeft.

dinsdag 12 juni 2012

Wol en linnen

Spreuken 31:13
“Ze zoekt wol en linnen uit, en spint en weeft met vreugde.”

Wol en linnen zijn stoffen om de naaktheid van de mens te bedekken, schrijft de profeet Hosea. Als witte wol, wit als sneeuw zijn de haren van Jezus in de beschrijving van Johannes op Patmos. De witte wol herinnert aan de reiniging van de zonde. Al waren ze rood als scharlaken, ze zullen worden als witte wol. Jezus heeft ons gereinigd en Zijn Bruid weeft met vreugde een kleed van witte wol. Linnen wordt gemaakt van geslagen vlas. De linnen kleding van de priesters zorgden ervoor dat ze niet zouden zweten. De binnenkant van de tabernakel was bedekt met linnen klederen. Linnen spreekt van verlossing van de vloek. Kun je je voorstellen dat de Bruid van Christus, Zijn vrouw, met vreugde weeft? Steeds opnieuw mag zij al wevend genieten van het feit dat al haar zonden zijn vergeven en weggedaan en dat ze niet langer leeft onder de vloek maar onder de zegen.

maandag 11 juni 2012

Ze brengt hem voorspoed

Spreuken 31:12
“Ze brengt hem voorspoed, geen ellende, alle dagen van haar leven.”

Als de Gemeente van Christus zich ontdoet van religie, als de zonen van God tevoorschijn komen, als de werken van leugen en bedrog worden ontmaskerd en vernietigd, zal de aarde opveren. De zieken zullen genezen, de zwakken zullen sterk zijn, de gebondenen zullen vrij zijn en de vruchteloosheid zal veranderen in een gezegende oogst. Als het leven van Christus gaat stromen door de kerk, dan ga je wat beleven. En dat gaat gebeuren, dat moet gebeuren, want het is Gods plan en niemand kan dat stoppen. Uiteindelijk zal de aarde vol zijn van de heerlijkheid van God. Uiteindelijk zal iedereen de glorie en de kracht van Jezus zien. Niet later ooit eens, maar nu. Het is nu de dag van genade, het is nu de dag des heils. Werp elk juk van religie van je af en treedt toe tot de vrijheid van Gods kinderen. We zijn samen de vrouw van Jezus, Zijn geliefde Bruid in wie Hij een welbehagen heeft.

zondag 10 juni 2012

Haar man vertrouwt op haar

Spreuken 31:11
“Haar man vertrouwt op haar en zal daar rijkelijk bij winnen.”

Jezus vertrouwt Zijn geliefde vrouw, Zijn bruid. Hij geeft haar het gezag op aarde om namens Hem te heersen. Hij is zo direct met haar verbonden, dat je nauwelijks beseft of je nu met Hem of met haar te doen hebt. Zijn leven wordt in haar geleefd. Zij doet Zijn werken en geeft Hem de eer. Wat een Goddelijke combinatie van liefde en kracht. De gemeente van Jezus Christus is een geheim op aarde. De duivel probeert er een kerk van te maken, met mensen aan het hoofd en met wetjes en regeltjes, zodat het leven eruit verdwijnt. Maar intussen bouwt en vormt Jezus Zijn lichaam. Hij weet wie de Zijnen zijn en dat de boze hen niet van Hem kan scheiden. Hij blijft Zijn woord spreken en zaait waarheid, omdat Hij weet dat het onvernietigbaar leven bevat. De poorten van de hel kunnen Jezus’ geliefde niet overweldigen. Daar staat Hij garant voor. De Gemeente komt tevoorschijn, wordt steeds meer vrij van religie en dood en zal de wereld Gods glorie tonen.

zaterdag 9 juni 2012

Een sterke vrouw

Spreuken 31:10
“Een sterke vrouw, wie zal haar vinden? Zij is meer waard dan edelstenen.”

Jezus zoekt een sterke vrouw. Hij is bereid haar te kopen met Zijn eigen leven, want ze is meer waard dan edelstenen. Een sterke vrouw is een vrouw die weet wie ze is. Een vrouw die leeft vanuit haar waardigheid. Ze weet zich geliefd en gewaardeerd. Ze krijgt verantwoordelijkheid om te heersen over haar huis en naast haar Man te zitten op de troon. Een sterke vrouw weet dat geen tegenstander haar kan overwinnen, omdat haar Man haar beschermt. Een sterke vrouw gaat niet gebukt onder zorgen en twijfels, maar leeft uit de zekerheid van een gezegend bestaan. Die vrouw is Jezus aan het zoeken. Hij vormt en koestert haar tot ze volkomen past bij Zijn Koninklijke waardigheid. De gemeente van Jezus Christus is in Gods ogen een sterke vrouw, waard om lief te hebben.

vrijdag 8 juni 2012

Oordeel rechtvaardig

Spreuken 31:9
“Spreek, oordeel rechtvaardig, geef de armen en behoeftigen hun recht.”

Een koning die rechtvaardig rechtspreekt is een zegen. Je bent niet overgeleverd aan willekeur, of vriendjespolitiek. God heeft het recht van verdrukten en behoeftigen in de handen van Jezus gelegd. Zijn oordeel over onze zonden was op Hem en daarom kan Hij ons rechtvaardig vrijspreken. We krijgen nu volgens het recht van God wat ons toekomt. Hij zegent ons naar de grootheid van Zijn genade. Zijn liefde is de maat waarmee Hij meet en niets kan ons meer van Hem scheiden, omdat het Goddelijke recht op rechtvaardige wijze zijn loop heeft gehad.

donderdag 7 juni 2012

Bescherm het recht

Spreuken 31:8
“Spreek voor hen die weerloos zijn, bescherm het recht van de vertrapten.”

Onder de zonde waren we in slavernij, weerloos en vertrapt. De zonde heerste op aarde en de toekomst was de dood. Maar er kwam een Koning die het voor ons opnam. Hij sprak ons vrij en nam ons op in Zijn woning. Het recht van de vertrapten veranderde Hij in het recht van de verlosten. We mogen als huisgenoten van God delen in Zijn heerlijkheid. Niet langer onder de wet van ziekte, zonde en dood, maar nu onder de wet van de Geest des levens. Onder de wet van de vrijheid van Gods kinderen. Jezus vertegenwoordigt onze rechten. Hij neemt het voor ons op als de boze ons aanklaagt. Hij wijst naar Zijn bloed, dat alle zonde van de wereld wegnam. Hij wijst naar Zijn liefde die ons zegent met leven en overvloed.

woensdag 6 juni 2012

Laat ze maar drinken

Spreuken 31:7
“Laat ze maar drinken en hun armoede vergeten, moge hun gezwoeg uit hun herinnering verdwijnen.”

Onder het nieuwe verbond van genade is geen ruimte meer om nog te spreken over zonde en schuld. Jezus heeft alle schuld betaald en alle schande gedragen. Hij heeft ons eens en voor altijd verbonden aan God en gedenkt nooit meer wat er ooit scheiding maakte. De voorhangsel is van Gods kant uit gescheurd. Van boven naar benden is de weg naar Gods genadetroon geopend. Vergeet dat je eens arm was, vergeet je gezwoeg onder de zonde, vergeet de dorens en distels van een vervloekte aarde en ga genieten van het nieuwe verbond. Een verbond dat gesloten is tussen Vader en Zoon en waar we door geloof in mogen delen. Geniet van Gods vergeving en vrijspraak, geniet van Zijn voorziening en uitkomst en geloof alles wat Hij je heeft beloofd. Een betere troost is er niet.

dinsdag 5 juni 2012

Drank en wijn

Spreuken 31:6
“Geef drank aan wie een kommervol bestaan leiden, geef wijn aan wie diep ongelukkig zijn.”

God weet precies wat iedereen nodig heeft. De een heeft water nodig om op krachten te komen, de ander wijn om vertroost te worden. God schenkt beide aan ieder die wil drinken. Het water is levend water en komt uit een bron die nooit teleurstelt. Het is het water van Gods woord, Zijn beloftes zijn ja en amen. De woorden die Jezus sprak en spreekt bezitten de kracht om mensen weer op te bouwen en te bemoedigen. De wijn spreekt van het bloed van Jezus. Zijn bloed nam onze schuld weg en verzoende ons met God. Nooit meer beschuldiging, nooit meer veroordeling, nooit meer buiten Gods liefde, maar altijd overladen met Zijn gunst en zegen. Hoe ongelukkig je ook bent, Gods water en wijn halen je eruit.

maandag 4 juni 2012

Een koning heeft een roeping

Spreuken 31:5
“Hij mag niet drinken en zijn plicht vergeten, de rechten van verschoppelingen schenden.”

Een koning heeft een roeping. Hij moet zijn volk leiden in vrede en de vijanden buiten de deur houden. Hij moet zich over de verschoppelingen ontfermen en een toekomst bieden aan ieder die hem is toevertrouwd. Dat is allemaal niet gemakkelijk, maar God heeft beloofd hem te steunen met wijsheid, rijkdom en eer. Salomo mag als Gods koning op aarde een huis bouwen, een tempel voor Zijn eer. Daarin is hij een beeld van Christus en daarom luistert het nauw hoe hij leeft. Toch heeft de duivel hem kunnen verleiden tot ontrouw en afgoderij. Daarom is hij niet de volmaakte vredevorst en heeft hij geen blijvend huis voor God kunnen bouwen. Jezus is wel de volmaakte vredevorst en Hij bouwt een huis voor God voor eeuwig. Ieder mens die Hem gelooft wordt aan dat huis toegevoegd als een levende staan. We zijn dragers van Gods eer.

zondag 3 juni 2012

Een koning mag zich niet te buiten gaan

Spreuken 31:4
“En, Lemuël, een koning mag zich evenmin te buiten gaan aan wijn, dat past hem niet, een leider mag niet hunkeren naar drank.”

Drank maakt meer kapot dan je lief is, zegt een reclame tegenwoordig. Is God tegen wijn, nee, zeker niet. Jezus veranderde meer dan 600 liter water in wijn. Wettische mensen maken er meteen een verbod van, maar God geeft alleen een advies. Ga je niet te buiten, je bent een leider. Een leider moet geen slaaf zijn, dan wordt hij ongeloofwaardig en verliest hij zijn autoriteit. Een dronken politieagent neem je ook niet serieus, ook al draagt hij zijn uniform. In de geestelijke wereld hebben we de autoriteit van Jezus. Hij heeft ons macht gegeven over alle overheden en krachten. En als je een keer gevallen bent, sta dan weer op. Laat je geweten reinigen van besef van kwaad en blijf staan in de volle genade van Gods liefde en vergeving. Hij heeft je niet verlaten en is nog steeds voor je en niet tegen je.

zaterdag 2 juni 2012

Verspil je krachten niet

Spreuken 31:3
“Verspil je krachten niet aan vrouwen, je woorden niet aan hen die koningen te gronde richten.”

Had Salomo maar beter naar zijn moeder geluisterd. We lezen van hem dat hij duizend vrouwen had en door hen werd meegetrokken in afgoderij en het bedrijven van gruwelijkheden. Hij bouwde tempels en hoogten voor afgoden en trouwde met vrouwen uit volken die de Heer had verworpen. Daarmee haalde Salomo een vloek over zijn land. Na hem werd het land verscheurd en gedeeld en was het met de kracht en de eenheid gedaan. Salomo’s koningschap begon indrukwekkend, maar eindigde op een manier die God krenkte. Zijn moeder zag het gevaar en waarschuwde, helaas tevergeefs. Ieder mens heeft van God een vrije wil gekregen, maar hoe zegenrijk is het te luisteren naar Iemand die je liefheeft en de toekomst kent.

vrijdag 1 juni 2012

Mijn zoon die ik gedragen heb

Spreuken 31:2
“Mijn zoon, die ik gedragen heb, mijn zoon, voor wie ik geloften heb gedaan, wat zal ik je zeggen?”

Een moeder is een unieke persoon in je leven. In haar schoot ben je gevormd en zij heeft je gedragen. Zij voelde je groeien, zij voelde je eerste bewegingen. Zij was met je verbonden, letterlijk, haar leven stroomde door jou tot je werd geboren en van haar werd losgemaakt. Dat losmaken van haar lichaam zou later een losmaken worden van haar zorg en opvoeding. Je komt op eigen benen te staan en een goede moeder beseft dat en ze laat je opnieuw los. Maar voor je je eigen leven helemaal oppakt, krijg je nog een keer een goede raad. Wat zeg je als je afscheid neemt, welke raad geef je mee? Toen Jezus afscheid nam zei Hij: ‘Zie, ik ben met je alle dagen.’ Dat zijn moederlijke woorden, vol liefde en bewogenheid.