zaterdag 23 maart 2013

Geen honger en dorst meer

Geloof Johannes 6:35
‘Ik ben het brood dat leven geeft, ‘zei Jezus. ‘Wie bij mij komt zal geen honger meer hebben, en wie in mij gelooft zal nooit meer dorst hebben.’

Het lichaam van Jezus is ons geestelijke brood en Zijn bloed is onze geestelijke drank. Dat betekent dat we alleen door Hem rein, heilig en rechtvaardig zijn. Er is geen ander voedsel wat dat kan bewerken. Als je Jezus hebt, bezit je het leven zelf. Daarom is het doen van allerlei religieuze handelingen om dichter bij God te komen, of om Hem dichter bij ons te laten komen, zinloos. Ons gedrag is geen voorwaarde voor het leven, maar een gevolg van het leven. Wie zich onrein voelt, moet niet heiligingsoefeningen gaan doen, zoals vasten en bidden, maar eten van het brood des levens. Jezus heeft Zich eens en voor altijd geofferd, heeft eens en voor altijd Zijn bloed gegeven, zodat we voor eeuwig rein zijn. Door Jezus hebben we geen ander voedsel meer nodig. Zijn lichaam en Zijn bloed zijn meer dan voldoende om ons voor altijd in Gods nabijheid te brengen. Door dat te omarmen, voel je je nooit meer onrein, onheilig, onzeker en afgewezen. Je geloof in het volbrachte werk van Jezus houdt je hart op Hem gericht. Hij heeft het gedaan, Hij is je leven, je dagelijks brood waarvan het Onze Vader spreekt. Dat brood is je gegeven voor eeuwig, omdat God je omarmt en tegen je zegt: 'Ik heb jou uitgekozen om voor eeuwig Mijn Geliefde te zijn.'

Geen opmerkingen:

Een reactie posten