zondag 2 augustus 2009

Dan zal ik overtreders uw wegen leren, opdat zondaars zich tot U bekeren.

Psalm 51:13
“Schep mij een rein hart, o God, en vernieuw in mijn binnenste een vaste geest; verwerp mij niet van uw aangezicht, en neem uw Heilige Geest niet van mij; hergeef mij de blijdschap over uw heil, en laat een gewillige geest mij schragen. Dan zal ik overtreders uw wegen leren, opdat zondaars zich tot U bekeren.”

Dit is een zondaarsgebed. Veel mensen bidden dit soort gebeden als ze ontdekken dat ze tekortschieten naar God en mensen. Dat moet niet zo zijn, want daarmee ontken je de genade. Je hoeft niet te bidden om een rein hart en een vaste geest, want die heb je van God ontvangen, uit genade. Veel mensen willen de genade toch koppelen aan hun eigen gedrag, maar daarmee breng je jezelf weer onder de wet en dus onder de vloek. Pas wanneer je ontdekt dat je gedrag geen enkel invloed heeft op Gods genade en dat Gods genade alleen gebaseerd is op het offer van Christus, kun je in de wegen van God wandelen. Niet door de kennis van je eigen gedrag, maar door het kennen van het werk van Jezus, kom je tot rust. Zie je de volgorde in de aangehaalde tekst? Niet eerst bekeren en dan Gods wegen leren, maar net andersom. God leert je zijn wegen, zodat je je bekeert. Dat is genade.