woensdag 4 december 2024

Gehoorzaamheid des geloofs

Romeinen 1:5 ‘.. door wie wij genade en het apostelschap ontvangen hebben om gehoorzaamheid des geloofs te bewerken voor zijn naam onder al de heidenen,’ 

Over wie schrijft Paulus hier? Hij heeft het over ‘door wie’ en ‘voor zijn naam’. Het is overduidelijk dat de boodschap die Paulus brengt over Jezus gaat. Over de kracht van Zijn opstanding, over Zijn genade en ontferming, Zijn liefde voor alle mensen. Maar Paulus schrijft hier ook over gehoorzaamheid en dat is onder de genade een woord waarbij je moet opletten. Want je krijgt geen genade omdat je gehoorzaam bent, maar omdat je gelooft wat God zegt over Jezus en over Zijn genade. En dat is dan ook precies wat het betekent. Gehoor geven aan wat je mag geloven. Het geloof is uit het horen schrijft Paulus een paar hoofdstukken verder. Wie gehoor geeft aan het evangelie van God over Zijn Zoon, hoeft niets te doen dan te geloven dat het waar is. Geloven dat al je zonden zijn vergeven en voorgoed weggedaan. Geloven dat er geen scheiding meer bestaat tussen jou en Gods liefde. Dat zelfs de zonde die je misschien nog doet in je leven dat niet kan veranderen. Je bent dichtbij gebracht door Christus. Vroeger mochten de priesters van Israël in het heilige komen, wij hebben vrijmoedig toegang tot het heilige der heiligen door het offer van  Christus. Iedereen die denkt te moeten werken aan zijn heiligheid, doet afbreuk aan het offer van Christus. Hij heeft ons geheiligd en gerechtvaardigd voor eeuwig. Wie dat vasthoudt als de waarheid wandelt in gehoorzaamheid des geloofs.


dinsdag 3 december 2024

Allemaal even rijk in Christus

Jacobus 2:5 ‘Hoort, mijn geliefde broeders! Heeft God niet de armen naar de wereld uitverkoren om rijk te zijn in het geloof en erfgenamen van het Koninkrijk, dat Hij beloofd heeft aan wie Hem liefhebben?’ 

Iedereen is even rijk in Christus. Maar wie veel geld heeft, krijgt in de wereld meer aanzien dan een arme. Dat moet onder Gods kinderen niet zo zijn, legt Jakobus uit. Kijk naar Gods genade en besef dat elk mens even leeg staat tegenover God. Veroordeel een arme niet omdat hij arm is en bevoordeel een rijke niet omdat hij rijk is. Wie dat wel doet, gedraagt zich als de rechter van de ander. Het valt niet mee om vernieuwd te worden in je denken als dat tegen de normen van de wereld ingaat. Toch is dat wat Jakobus wil benadrukken. We leven niet meer onder de wetten van goed en kwaad, succes of mislukking. We leven binnen Gods koninkrijk als gelijken. God kent geen aanzien des persoons. Zijn liefde is voor iedereen even groot en iedereen is even rijk omdat we verbonden zijn met Gods schatkamers. Door het geloof hebben we toegang tot alle genade, alle rijkdom, alle zegen, alle wijsheid, alle liefde. Die volheid heeft God ons geschonken in Christus. We zijn geliefde broers en zussen van elkaar, geliefde kinderen van de Vader.


maandag 2 december 2024

Aan de wijnstok draag je vrucht

Johannes 15:5 'Ik ben de wijnstok, gij zijt de ranken. Wie in Mij blijft, gelijk Ik in hem, die draagt veel vrucht, want zonder Mij kunt gij niets doen.' 

Toen de verloren zoon met zijn erfenis vertrok van huis, verliet hij de plaats waar gold ‘al het mijne is het jouwe’. De tekst van vandaag is net zoiets. Wanneer we beseffen dat we deel van de wijnstok zijn, dragen we veel vrucht. Maar buiten de wijnstok, dus in eigen kracht, kunnen we niets doen. Het is Gods genade die voorzien heeft in Christus. Met Hem heeft de Vader ons alle dingen geschonken. Blijf in Mij, zegt Jezus, dan komt de vrucht vanzelf. En er zal steeds meer vrucht komen, naarmate de tijd verstrijkt en je meer begrijpt van je rijke positie in Christus. De landman tilt je op als je op de grond in de modder ligt, zodat de rank tot volle bloei komt. Helaas is dat vertaald met ‘snoeien’ en ‘wegnemen’, alsof je wordt weggeknipt wanneer je een fout maakt of blijft maken. Nee, Jezus zegt: ‘Als je valt, til ik je weer op, zodat je meer vrucht draagt en tot volle bloei komt.’


zondag 1 december 2024

Wederkerige liefde

Hooglied 6:3 ‘Van mijn geliefde ben ik en van mij is mijn geliefde, die te midden der leliën weidt.’ 

Het loflied op de liefde is het Hooglied. Maar het is geen platte liefde tussen twee mensen die hierin wordt bezongen, het gaat hier om de liefde van Jezus voor Zijn geliefde bruid. Je ziet in dit vers van vandaag zo prachtig de gelijkwaardigheid verwoord. Ik ben van jou en jij bent van mij, dat is wat God ons zeggen wil. We worden aangesproken als geliefde, dat is wat we moeten weten. We zijn geliefd, we ontvangen liefde en kunnen die liefde geven. Wederkerigheid tussen God en mensen, dat is het hart van God. Jezus kwam Gods hart openbaren op aarde. Hij heerste niet, maar diende. Hij nam niet, maar gaf. Zo mogen we van elkaar genieten. God geniet van ons als wij van Hem genieten en andersom. Temidden van de leliën, dat wil zeggen temidden van lippen die druipen van mirre. Een welriekende geur van liefde, de geur van Christus die zegt: Ik heb je lief mijn geliefde.