Psalmen 34:3 ‘Maakt met mij de HERE groot, en laat ons tezamen zijn naam verheffen.’
Davids leven was in gevaar toen hij bij de vijanden van Israël een schuilplaats zocht. Ze vertrouwden hem niet en David begon zich als een waanzinnige te gedragen. Hij krabde aan de muren en liet het speeksel uit zijn mond lopen. ‘Waanzinnigen hebben we zelf genoeg’, sprak de koning en hij liet David wegsturen, terug naar Israël. David zag hierin de hand van God die hem beschermde en schrijft de woorden van deze psalm. Laten we samen de Here groot maken. David had een persoonlijke relatie met God, maar hij wilde zijn vreugde daarover delen met zijn vrienden. Laten we samen blij zijn, om wat God doet in het leven van een van ons. David had zichzelf in de nesten gewerkt, maar God redde hem uit zijn benauwdheid. Is dat niet heerlijk? Hoe dom we soms ook doen, God blijft onze trouwe helper. Hij redt uit alle nood.