Micha 5:13 ‘Ik zal uw gesneden beelden en uw gewijde stenen uit uw midden uitroeien, en gij zult u niet meer nederbuigen voor het werk uwer handen.’
Micha profeteert tegen zijn tijdgenoten over de grote verlossing die God gaat geven. Verlost van alle vijanden zullen ze rust hebben en in vrede leven. Het mooie in deze profetie is, dat God het zelf zal uitvoeren. Hij gaat de gesneden beelden en gewijde stenen – symbolen van de menselijke manieren om God te behagen, uitroeien. Ze zijn niet meer van nut, nooit geweest trouwens. Gij zult u niet meer neerbuigen voor het werk van uw handen. Dat is geen opdracht, maar het gevolg van Gods verlossing. Wanneer God Zijn genade heeft geopenbaard, vallen alle menselijke inspanningen in het niet. Wat een prachtig vooruitzicht en het goede nieuws is, dat die tijd is aangebroken. Nog niet voor IsraĆ«l, omdat ze nog onder de sluier van de wet leven, maar wel voor ieder die beseft dat er een nieuwe werkelijkheid is gekomen door het bloed van Jezus. Voor Hem alleen buigen we neer en nooit meer voor het religieuze werk van onze handen.