Johannes 6:35 ‘En Jezus zei tegen hen: Ik ben het Brood des levens; wie tot Mij komt, zal beslist geen honger hebben, en wie in Mij gelooft, zal nooit meer dorst hebben.’
Nooit meer honger en nooit meer dorst, dat is wat Jezus belooft en Hij heeft het dan over de toestand van ons hart. De mens is geschapen met een innerlijke behoefte aan liefde, acceptatie, erbij horen, belangrijk zijn voor de omgeving. Alleen God kan in die behoefte voorzien en Hij heeft dat gedaan door Jezus te geven. Door Jezus ben je geliefd, geaccepteerd en toegerust om nuttig te zijn. Hij heeft je opgetrokken tot Zijn niveau, je mag nu zijn zoals Hij is. Hoe meer we de liefde van God gaan begrijpen en accepteren, des te meer verdwijnen de pijnstillers die vallen onder de categorie ‘Kijk mij eens, ik doe alles om me goed te voelen.’ Je hoeft niet meer de slimste, de beste, de knapste, de succesvolste, de wijste, of andersom de domste, de onnozelste, de meest geflipte, de slechtste, de gevaarlijkste te zijn om je goed te voelen. Je mag van binnenuit Gods voeding nemen en nooit meer behoefte hebben aan iets anders. Je voeding is: je bent geliefd, je bent Gods kind, je bent gerechtvaardigd, je hebt een prachtige toekomst, je bent een bron van vrede voor anderen, je bent fantastisch, enig en uniek, nodig en nuttig. Wat een maaltijd. Ik hoef niets anders meer.