Handelingen 2:42 'En zij bleven volharden bij het onderwijs der apostelen en de gemeenschap, het breken van het brood en de gebeden.'
Wat een overgang moet het geweest zijn voor de eerste christenen van het oude verbond naar het nieuwe. De tempel was niet meer nodig, geen offers en priesters meer, geen hogepriester, geen feesten en rituelen. Wat er overbleef was de ontmoeting van elkaar, op straat, op het tempelplein, maar vooral in de huizen. De apostelen vertelden over alles wat Jezus hen geleerd had en zij lieten zien dat de Schriften waren vervuld. Het avondmaal, het breken van het brood, deed hen elke dag weer beseffen, dat Jezus hun plaats had ingenomen aan het kruis en dat zij nu de plaats van Jezus mochten innemen bij de Vader. Rechtvaardig, heilig, rein en gezegend. Een hechte gemeenschap ontstond in de druk der tijden, maar vooral omdat ze die vreugde van het evangelie met elkaar wilden delen. God had omgezien naar Zijn volk. De belofte was vervuld, de Messias was gekomen en niet alleen voor de joden, maar voor de hele wereld. En zoals het gaat met vernieuwing, kwam er ook vervolging door de aanhangers van het oude vertrouwde. Christenen hebben elkaar nodig om gaande en staande te blijven. Ze herinneren elkaar aan de liefde en trouw van God en steunen elkaar in elkaars nood en behoeften. Zo was het, zo is het en zo hoort het ook.