2CorintiĆ«rs 4:16-18 ‘Daarom verliezen wij de moed niet, maar al vervalt ook onze uiterlijke mens, nochtans wordt de innerlijke van dag tot dag vernieuwd. Want de lichte last der verdrukking van een ogenblik bewerkt voor ons een alles verre te boven gaand eeuwig gewicht van heerlijkheid, daar wij niet zien op het zichtbare, maar op het onzichtbare; want het zichtbare is tijdelijk, maar het onzichtbare is eeuwig.’
Deze tekst gaat niet over ouder worden, maar over verdrukking. Als je Jezus belijdt voor de mensen, komt de geestenwereld in beweging. Paulus ondervond dat elke dag. Hij werd geslagen en vervolgd, leed schipbreuk, zat gevangen, kreeg stokslagen en werd gestenigd. Dat liet sporen na op zijn lichaam. Daar heeft hij het over. Maar hij zegt ook dat zijn innerlijke kracht niet te breken is. Die innerlijke kracht is Gods Geest, de Geest van Jezus die ons verder laat kijken dan het zichtbare. De verdrukkingen en het lijden dat met het belijden van je geloof gepaard gaat, zijn tijdelijk. De onzichtbare werkelijkheid duurt eeuwig. Jezus is met ons en bij ons en voor ons voor eeuwig. Zijn beloftes zullen worden vervuld voor eeuwig. De innerlijke kracht neemt toe, zelfs wanneer de uiterlijke mens wordt verdrukt. We klagen niet over het ouder worden en verwachten zeker niet dat daarmee de gebreken komen. We geloven in de opstandingskracht van Jezus die sterker is dan de dood. Sterker dan welke verdrukking ook.