Romeinen 4:20-21 ‘Hij klemde zich vast aan de belofte van God. Zijn vertrouwen bleef sterk en hij gaf God alle eer. Hij was er absoluut van overtuigd dat God kon doen wat Hij beloofd had.’
Abraham is de vader van de gelovigen. Het geloof van Abraham wordt als voorbeeld gebruikt om nooit op te geven. Abraham klemde zich vast aan Gods woord. Hij wist, als ik dat loslaat, ben ik verloren, dan heb ik niets meer. Alles kan wankelen, maar Gods woord staat vast voor eeuwig. Abraham was op God gericht en op de mogelijkheden die Hij had om Zijn woord waar te maken. Abraham overwoog zelfs, dat God bij machte moest zijn om zijn zoon weer uit de dood te doen opstaan. Wat een geloof, maar ook wat een kracht. Je wordt onaantastbaar wanneer je je vertrouwen op God hebt gesteld en nooit twijfelt aan Zijn trouw. Je zult nooit wankelen of vallen wanneer je je vastklemt aan Gods beloftes. Wees er absoluut van overtuigd, dat God kan doen en zal doen wat Hij heeft beloofd.