Spreuken 3:31 ‘Wees niet jaloers op iemand die met ellebogenwerk in deze maatschappij vooruitkomt.’
Kruiwagens, ellebogen, steekpenningen, snoepreisjes en alles wat dies meer zij, zijn uitvindingen van een corrupte wereld om aan de top te komen. Ben je eenmaal boven, dan zie je in dat alles leeg, doelloos en vreugdeloos is. IJdelheid , najagen van wind, noemt de Prediker dat. Dat soort leven hoef je niet te ambiƫren. Wie daar jaloers op is, kent Gods genade niet. Het leven in Gods koninkrijk is van een geheel andere orde. Daar is de laagste de hoogste en de rijkste de armste. De eerste de laatste en de heerser de knecht. Maar wat een vreugde, wat een vrede heerst er. Wat een liefde en bereidheid te delen. Niet meer het hebben, maar het zijn staat centraal. Leven is belangrijker dan bezit en al het tijdelijke wordt eeuwig. Een nieuwe schepping in een voor ons nieuw koninkrijk. Leven en overvloed, dat is wat God voor ogen staat voor ons bestaan. Ellebogen zijn hier niet nodig, want al het Zijne is het mijne en zoals Hij is, zijn ook wij in deze wereld. Gods gunstbewijzen zijn elke morgen nieuw en Zijn trouw en goedheid duren eeuwig. We hebben niets, sorry, niemand anders meer nodig, ons ontbreekt niets.