Psalmen 103:5 ‘Hij overstelpt mij met zegeningen en ik voel mij weer jong als vroeger.’
Toen God Adam en Eva had geschapen, geformeerd zullen rechtsnijders zeggen, deed Hij nog iets extra’s. Niet alleen was alles gereed toen Hij ze formeerde, maar we lezen ook: ‘En Hij zegende hen.’ Zegen is genade, zegen is geen loon. Je wordt niet gezegend omdat je zo goed je best hebt gedaan, maar omdat God goed voor je is. In de Psalmen staat dat we tevergeefs zwoegen, wanneer God het huis niet bouwt. Het is Gods genoegen om ons te zegenen. Hij heeft er plezier in als Hij ons kan laten genieten. Hoe groot moet het genoegen van Jezus zijn geweest, telkens wanneer Hij allen genas. Toen Hij 5.000 mensen kon laten eten zoveel ze wilden. Toen de golven van de zee stil werden op Zijn woord. Zegen is niet altijd stoffelijk, of materialistisch. We zijn door God in een gezegende positie gebracht door het bloed van Jezus. Alles is volbracht, alle dingen zijn gereed en bovendien worden we gezegend. We voelen ons bevoorrecht en zijn het ook. We voelen ons jong en zijn het ook. Hoe meer we Gods zegen in ons leven zien, hoe jonger we ons voelen. Gods genade zit vol energie, vernieuwend en krachtig.