EfeziĆ«rs 5:2,19,30 ‘Wandel in de liefde, zoals ook Christus ons liefgehad heeft en Zichzelf voor ons heeft overgegeven als een offergave en slachtoffer, tot een aangename geur voor God. En spreek onder elkaar met psalmen, lofzangen en geestelijke liederen, en zing voor de Here en loof Hem in uw hart, want wij zijn leden van Zijn lichaam, van Zijn vlees en van Zijn gebeente.’
Op het christelijke erf kom je ze allemaal tegen, mensen die in het zwart gaan vanwege hun zondenbesef, mensen die zich op zondag haast niet durven bewegen, omdat het ‘de dag des Heren’ is, tot uitbundige vrolijkerds, die zingend en swingend door het leven gaan en zelfs op begrafenissen nog vrolijk zijn. Dansen, klappen, springen, juichen, de vrolijkheid spat ervan af, alsof de boodschap is: kijk zo vrolijk word je nu van Jezus. Wat Paulus schrijft gaat over liefde, blijf in de liefde, zegt hij. Dat betekent dat je blij bent met wie blij is en dat je meelijdt met wie lijden. De liefde doet een ander goed en kwetst niemands gevoel, veroordeelt niet. Die liefde komt als een vrucht tevoorschijn bij mensen die door Jezus zijn aangeraakt. Moet je heel de dag psalmen zingen? Nee, de Bijbel is geen wetboek dat zegt: gij zult heel de dag psalmen zingen. In plaats daarvan mag je jouw hart afstemmen op Gods liefde, dan komt het zingen vanzelf, evenals de verdraagzaamheid.