Exodus 23:25 ‘Maar gij zult de HERE, uw God, dienen; dan zal Hij uw brood en uw water zegenen en Ik zal ziekte uit uw midden verwijderen.’
De zegeningen van het oude verbond waren duidelijk gekoppeld aan het gedrag van Gods volk. Wanneer de Here op de juiste manier werd gediend, dan was er zegen. Het oude verbond was voorwaardelijk. Wij leven onder een beter verbond, het nieuwe verbond op grond van genade. De zegeningen worden ons geschonken omdat ze gekoppeld zijn aan het volbrachte werk van Jezus. Hij is onze bron. Daarom hoeven we niet aan ons gedrag te werken om gezegend te worden, maar aan ons geloof. Wanneer we geloven dat we Gods geliefde kinderen zijn, zullen we ons ook niet meer druk maken over fouten en tekortkomingen. We weten dat er van binnenuit aan wordt gewerkt. Ons denken verandert en daarmee ook ons gedrag. In de tekst wordt ook ziekte genoemd als iets wat God uit ons midden zal verwijderen. Dat was onder het oude verbond een duidelijke zegen, hoeveel te meer onder het betere verbond. Wanneer ziekte of zwakheid zich manifesteren, keren we ons in geloof tot God. Onze mond spreekt uit wat ons hart gelooft. Mijn God zal in mijn lot een keer brengen. En tegen de ziekte en zwakheid zeg je in geloof: verdwijn, ik ben een gezegende in Jezus naam.